Poolse nationale bank onder druk van zwakke data.
Zloty zet een stap(je) terug. Begin van een correctie?
Het Pools monetair beleid is al anderhalf jaar een buitenbeentje. Kort door de bocht is het deels speelbal van een politiek getinte inschatting van inflatie en groei maar ook van het fiscaal en prijszettingsbeleid van de regering Tusk door het beleidscomité van de Poolse nationale bank (NBP). Die verlaagde de rente voor de verkiezingen van oktober vorig jaar (toen de PiS-regering nog aan de macht was) ‘plots’ in twee stappen van 6.75% tot 5.75%. Daarna volgde een toe nu toe onwrikbaar monetair status quo, zeker nadat de regering onder leiding van ‘Recht en Rechtvaardigheid’ (PiS) werd opgevolgd door de huidige coalitie rond Donald Tusk. In essentie draait het debat vooral over de opwaartse inflatie(risico’s) als gevolg van het afbouwen van steunmaatregelen van de vorige regering om de koopkrachtcrisis te temperen (o.a. plafond voor energieprijzen). Ook een forse verhoging van de minimumlonen door de vorige regering is een factor van opwaartse inflatiedruk. Toch viel die inflatie in maart terug tot 2.0%, duidelijk binnen de 1.5%-3.5% doelzone van de NBP. Het was eens te meer geen reden voor monetaire versoepeling. Door de afbouw van de steunmaatregelen veerde de inflatie van juli opnieuw op en bedraagt ze ondertussen 4.9%. Een nieuwe bijsturing van de subsidies begin volgend jaar zal die algemene inflatie nog even hoog houden. De kerninflatie bedraagt (4.3%). Producentenprijzen zijn ondertussen wel duidelijk negatief.
Onder meer het aanhoudend strak monetair beeld weegt ondertussen wel op de binnenlands vraag. Hier werden de Poolse markten deze week opgeschrikt door een forse duik in de kleinhandelsverkopen voor september (-5.7% M/M en -3.0% Y/Y in reële termen). Het cijfer voert de druk op de NBP op om toch stillaan werk te maken van een heropstart van de versoepeling. In een eerste reactie lieten verschillende NBP-gouverneurs al weten dat het nog te vroeg is en dat ze zich door dit cijfer niet lagen opjagen. De officiële communicatielijn blijft dat de NBP naar aanleiding van nieuwe voorspellingen volgend jaar in maart (nadat de laatste afbouw van steunmaatregelen is doorgevoerd) zal zien of de inflatie dan definitief op een neerwaarts pad terecht komt, wat dan in Q2 eventueel toelaat om de rente te verlagen.
Toch kijken de markten na de zwakke data met meer dan gemiddelde aandacht uit naar de beleidsvergadering van 6 november. Ook dan beschikt de NBP over een nieuwe economische update. Een renteverlaging dan is onwaarschijnlijk, maar de Poolse korte rentes zakten de voorbije week aanzienlijk/meer dan elders in de CE-regio (2-j swap minus 15 à 20 bpn). Ook de geldmarkten sluiten niet langer uit dat er misschien toch iets mogelijk is op de vergadering van begin december. Dit jaar was de zloty een oord van rust en relatieve sterkte. EUR/PLN hield zich meestal in de lagere regionen (sterk voor de zloty) van de 4.25/4.40 handelsband. Ook de Poolse munt kreeg deze week een deukje. De munt wordt meer kwetsbaar voor eventueel nieuwe negatieve verrassingen en het potentieel verlies aan rentesteun. Een breuk boven EUR/PLN 4.38/4.41 zou het technisch beeld voor de zloty verzwakken.