Staal en aluminium zijn slechts de voorbode van een complex handelsconflict
Ondanks intensieve bilaterale onderhandelingen gelden vanaf 1 juni 2018 hogere tarievenop de Amerikaanse import van Europees staal en aluminium. De Amerikaanse regering implementeert hierdoor de eerder aangekondigde maatregelen om de Amerikaanse staal- enaluminiumproducenten te beschermen tegen sterke internationale concurrentie, officieel omwille van nationale veiligheid. Een klacht bij de Wereldhandelsorganisatie, evenals een tegenreactie door de EU zullen spoedig volgen. Daarmee gaat de escalatie van het internationale handelsconflict effectief van start. De economische schade van deze eerste stap blijft beperkt, maar de kans dat het conflict uitbreidt naar de Europese automobielsector is aanzienlijk. De uiteenlopende Europese exportbelangen dreigen bovendien de escalatie te versterken en onderhandelingen bemoeilijken.
Van retoriek naar feiten
De afgelopen weken waren de meningen over het assertieve Amerikaanse handelsbeleid verdeeld. Sommige analisten beschouwen de unilateraal door de VS aangekondigde maatregelen louter als een dreigement en een onderhandelingstechniek.Handelsrestricties opleggen aan belangrijke, westerse handelspartners en bondgenoten in de staal- en aluminiumsector leek een irrationale beslissing. Massale handelsrestricties opleggen aan China leek eveneens een brug te ver. Met de huidige, effectieve invoering van hogere importtarieven staal en aluminium wordt duidelijk dat het niet louter om retoriek gaat, maar wel om harde feiten. De minutieus gedefinieerde lijst van producten die worden getroffen (op basis van codes in het Harmonized System, een belangrijk handelsclassificatiesysteem) geeft ook aan dat dit geen impulsieve beleidsdaad is, maar een zorgvuldig uitgewerkte strategie.
Escalatie met hoge impact
De economische impact van deze maatregelen blijft relatief gering. Het belang van de staal- en aluminiumindustrie binnen de ganse Europese en Amerikaanse economie is immers relatief beperkt. Maar deze feiten zetten wel een kettingreactie in gang die grote gevolgen heeft voor de Europese economie.Ten eerste zullen producenten uit opkomende economieën– in het bijzonder uit China, maar ook uit Rusland en Zuid-Amerika – op zoek moeten gaan naar nieuwe afzetmarkten door de moeilijkere toegang tot de Amerikaanse markt. Ongetwijfeld zullen zij proberen meer te exporteren naar de EU waardoor de importconcurrentie op de Europese markt zal toenemen. Europese producenten hebben weinig ruimte om de concurrentiestrijd op basis van prijzen te winnen, maar zijn gelukkig wel beschermd dankzij de hogere kwaliteit en de innovatie van hun producten.
Ten tweede zal de EU tegenmaatregelen nemen. De EU heeft al te kennen gegeven om voor ongeveer 3 miljard euro Amerikaanse producten te belasten, ongeveer de helft van de waarde van de totale Europese export van staal en aluminium naar de VS. Die reactie is voorzichtig, maar moet signaleren dat de EU niet lijdzaam Amerikaanse beslissingen wil ondergaan. Op de voorlopige lijst staan een aantal symbolische producten die allicht politieke kwaad bloed zullen zetten bij sommige Amerikaanse politici, zonder veel effectieve economische schade aan te richten. Daardoor zal, ten derde, de kans vergroten dat de Amerikaanse regering opnieuw maatregelen neemt tegen Europese exporteurs. Uit de communicatie van de Amerikaanse president blijkt duidelijk ongenoegen over de relatief sterke import van Duitse wagens. Aangezien Amerikaanse handelsmaatregelen steeds de ganse EU treffen, dreigt daardoor een van de belangrijkste Europese exportsectoren te worden getroffen. En deze protectionistische spiraal kan uiteraard nog verder doorgaan.
Verdeeld Europa
Figuur 1 - Diversiteit Europese exportbelangen in de staalsector (in %, 2017)
Een van de redenen waarom de onderhandelingen mislukten zijn de uiteenlopende belangen van de EU-lidstaten. De Amerikaanse voorstellen om vrijwillige exportbeperkingen in te voeren op Europees staal en aluminium waren redelijk en zouden een escalatie van het conflict hebben vermeden. Het werd evenwel snel duidelijk dat de EU-lidstaten niet allemaal op dezelfde golflengte zitten. Het relatieve belang van de staal- en aluminiumindustrie in de Europese landen verschilt sterk. Uit figuur 1 blijkt bijvoorbeeld dat het aandeel van de staalexport in de totale export van de EU-landen varieert tussen12% voor Luxemburg en quasi 0% voor een aantal landen. In diezelfde figuur tonen we ook het relatief belang van de Amerikaanse markt voor de Europese staalexport, gemeten als de verhouding tussen het procentuele aandeel van staal in de totale goederenexport naar de VS en het procentuele belang van staal in de totale goederenexport voor elke EU-lidstaat. Ook hieruit blijkt dat het belang van de Amerikaanse markt sterk varieert tussen Europese exporteurs. Zo is de Amerikaanse markt voor Sloveense exporteurs uiterst belangrijk, maar is het belangrijk voor een aantal belangrijke Europese staalexporteurs, zoals België, Finland en Slowakije, relatief beperkt. Deze verschillen leiden ertoe dat het moeilijk is om alle EU-lidstaten op eenzelfde lijn te krijgen.
Maar ook het belang van de Amerikaanse markt voor andere belangrijke sectoren, in het bijzonder de automobielsector,verschilt aanzienlijk. Eens te meer lijkt het daarom moeilijk om één sterke Europese visie uit te dragen in de handelsonderhandelingen. Die Europese verdeeldheid dreigt Europa uiteindelijk verdere schade te berokkenen. Bij gebrek aan een eengemaakte Europese visie en strategie is het bijzonder moeilijk om strategische handelsafspraken te maken. De EU onderschrijft dan wel het algemeen belang van internationale handelsopenheid, maar in de praktijk spelen nationale belangen nog altijd een doorslaggevende rol in bilaterale handelsonderhandelingen. Bovendien zijn het vaak gevestigde belangen die leiden tot terughoudendheid, terwijl een onvoorwaardelijke openheid op termijn meer kansen zal creëren, ook voor nieuwe sectoren en exporteurs.
Het feit dat de EU intussen doorgaat met het onderhandelen van nieuwe bilaterale handelsakkoorden is een hoopvol signaal. De relatief voorzichtige tegenreactie op de recente Amerikaansetariefverhogingen leidt hopelijk tot weinig provocatie. In elk geval zal internationale handel een belangrijk thema blijven de komende maanden.