Een tocht door het donker
We beginnen voor één keer met het einde. Meer bepaald het einde van het vragenuurtje met Fed-voorzitter Powell na de beleidsvergadering van de centrale bank. Het woord is aan Nancy. En Nancy heeft net als ons gezien hoe Powell het voorbije uur langzaam maar zeker de pedalen kwijt raakte. Hoe de man, geprezen voor zijn kordate antwoorden en gelauwerd voor zijn gave om van de elitaire monetaire enigma Amerikaans gemeenschappelijk goed te maken, plots veranderde in Jeanke de Visser die zich hakkelend een weg baande door het spervuur aan vragen.
Ergens heeft Nancy medelijden. Powell vertrok gisteren vanop een zwakke basis. Het deed haar denken aan de eerste renteverlaging van de ECB in juni. Net als Lagarde toen, moest Powell gisteren een renteknip met 25 basispunten (tot 4.25%-4.50%) rijmen met een positievere lezing van de economie en van de arbeidsmarkt en met opwaartse herzieningen voor het verwachte inflatiepad. Gemiddeld 2.5% volgend jaar ipv 2.1% en pas een terugkeer naar de 2%-doelstelling in 2027 ipv 2026. Hogere inflatiecijfers verrasten de Fed in september en oktober, maar het in september uitgezette rentepad voor dit jaar was zo verstrengeld geraakt in marktverwachtingen en de algemene verhaallijn dat een terugkeer op die stappen onmogelijk werd.
Na een snelle blik op haar mobieltje wist Nancy dat niet enkel de grond vanonder de voeten van het monetaire opperhoofd gaandeweg wegzakte, maar ook die vanonder Amerikaanse aandelen en obligaties. Beurzen verliezen tot 3.5% en rentes stijgen tot 15 basispunten. Het was alsof de gids zelf de weg kwijtraakte. Het monetaire beleid bevindt zich na een eerste kalibratie (cumulatief 100 bpn aan renteknippen sinds september) in een nieuwe fase: “betekenisvol restrictief”. Waarna de begeesterende metafoor volgde dat de Fed zich nu in een donkere kamer bevond waarin alles op de tast een beetje moeizamer en een beetje trager zou verlopen. Powell maakte het alleen nog maar erger door ter verduidelijking ook nog eens te verwijzen naar navigeren in de dikke mist. Nancy trok haar conclusie: vanaf nu is een status quo het uitgangspunt op elke Fed-vergadering tenzij de arbeidsmarkt kapseist of inflatie alsnog de duikvlucht neemt.
Ondanks verwoede pogingen slaagde Nancy er niet in om de aandacht van de persverantwoordelijke te trekken. Collega-journalisten gingen met het laaghangend fruit lopen. Ze duwden Powell volledig kopje onder door hem een spiegel voor te houden. Anderhalve maand geleden klonk het zeer stellig: “we don’t guess, we don’t speculate and we don’t assume” op vragen over de impact van een mogelijk expansief fiscaal beleid onder toekomstig president Trump op het monetaire beleid. Van die eendracht bleef gisteren niets over. Muiterij op het schip. Schoorvoetend gaf Powell toe dat sommige collega’s nu al rekening hielden met zo’n fiscale koers in hun verwachte groei-, inflatie- en rentepad. Anderen bleven trouw aan Papa Powell en nog een andere groep liet niet in zijn kaarten kijken. Drie vierde van het FOMC schuift op van evenwichtige inflatierisico’s naar een opwaartse dreiging en geeft aan dat er ten opzichte van september meer onzekerheid is rond de projecties. De mediaanverwachting voor volgend jaar is slechts twee ipv vier extra renteknippen en het verwachte Fed-rentepad ligt opnieuw over de volledige beleidshorizon (2025-2027) boven een (hogere) neutrale rente (3% ipv 2.9%). Veel agressiever kon de Fed niet uit de hoek komen. Of toch?
Het woord is aan Nancy. Ze weet ondertussen dat ze aan één vraag, één slag, genoeg heeft voor de K.O. Of de Fed de rente volgend jaar opnieuw zal verhogen. De daaropvolgende stilte duurt te lang en voelt zeer onwennig. Een parelende Powell staart voor zich uit. Zijn onderkaak zakt weg. Het kwijl druipt nog net niet vanuit zijn mondhoek. Het tuut in zijn hoofd als is er een bom ontploft. Het uiteindelijke antwoord is veelzeggend. “We don’t rule anything in or out”. En daar ging Powell. Op naar verdiende rust. Op de Cooopa-Cooopacabaaaaana.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal