RBA durft geen conclusie trekken
‘Higher for longer’ is de passe-partout boodschap van veel centrale banken. Het is dan meestal aan de markt om uit te vissen hoe lang ‘higher’ concreet betekent. Dit is ook de set-up van de beleidsverklaring na de rentebeslissing van de Reserve Bank of Australia (RBA) vanmorgen. De markt blijft wat verweesd achter. Ze had op meer duidelijkheid en doortastendheid gehoopt. De Australische rentes en de Aussie dollar zetten een stapje terug.
De RBA hield zoals verwacht de rente onveranderd op 4.35%. Dit niveau is niet echt hoog voor een economie met het groei- en inflatieprofiel van Australië en is aanzienlijk lager dan in de VS (5.25-5.5%), Canada (5%) of Nieuw-Zeeland (5.5%). Bovendien koelt de Australische inflatie trager af dan verhoopt. Prijzen groeiden in het eerste kwartaal nog steeds met 1% kw/kw en met 3.6% j/j, sneller dan de 2-3% doelzone van de RBA. Bovendien ligt de binnenlandse inflatie (proxy voor diensten; 5%) nog fors hoger. De RBA was recent karig in haar communicatie, maar na de inflatiecijfers hield de markt er rekening met dat de RBA de deur opnieuw formeel open zou zetten voor een bijkomende renteverhoging in de tweede jaarhelft.
Dit duidelijk signaal kwam er niet. De RBA geeft nochtans toe dat het, zelfs het met de huidige (hogere) marktrentecurve, tot eind 2025 zal duren alvorens inflatie daalt beneden de 3%-bovengrens. Voor een ‘echte’ terugkeer naar het midden van de 2-3% band is het zelfs wachten tot 2026. Waarom de rente dan niet verder optrekken of de markt minstens duidelijk op deze optie voorbereiden?
Het wordt niet met zoveel woorden gezegd maar als we door we het driemaandelijkse beleidsrapport lezen, hebben we de indruk dat voorzitster Michele Bullock en haar beleidscomité moeilijk kunnen inschatten wat de exacte impact is van het renteniveau zowel op de activiteit als de inflatie. Enerzijds stelt de RBA dat de globale vraag nog steeds de aanbodcapaciteit van de economie overtreft. Ook de arbeidsmarkt blijft krap. Loonstijgingen zijn te hoog vergeleken met de productiviteitsontwikkeling en houden daardoor de kostendruk te hoog. Tegelijk ziet de RBA een zwakke consumptie die onder druk staat door een hoge rentelast en… te hoge inflatie. Wat moet je in dit geval doen? De rente verhogen? Of juist niet? De conclusie luidt: ‘The path of interest rates that will best ensure that inflation returns to target in a reasonable timeframe remains uncertain and the Board is not ruling anything in or out.’ De RBA beslist om niet te beslissen. Misschien lost het inflatieprobleem zichzelf wel op.
Ondanks die besluiteloosheid blijft het risico groter dan bij de meeste andere centrale banken dat de RBA de rente uiteindelijk toch nog eens zal (moeten) verhogen. Voorop lopen op de Fed (zoals de ECB) zit er tot nader bericht al helemaal niet in. In theorie laat dit de Aussie dollar toe om ministens gelijke tred te houden met zijn Amerikaanse naamgenoot en daardoor voorsprong te behouden tegen de euro. Een herstel in China en/of hogere grondstoffenprijzen kunnen dat proces versterken. Een breuk van EUR/AUD beneden 1.61/1.60 is een indicatie dat de Aussie dollar verder aan momentum wint.