Met de moed der wanhoop?
Gisteren was al duidelijk dat er iets op til was in ‘monetair China’. De centrale bank (PBOC) verlaagde een technische rente om de liquiditeitsbehoeften aan het eind van het kwartaal en voor de vakantieperiode van begin oktober te overbruggen. Tegelijk kondigde ze een persconferentie aan met de topfiguren van alle monetaire autoriteiten, inclusief PBOC-voorzitter Pan Gongsheng. Monetaire versoepeling moet bijdragen tot het behalen van de Chinese groeidoelstelling van ‘ongeveer 5%’ dit jaar.
Verschillende (externe) analisten gaven recent hun geloof in het behalen van die doelstelling op. Wat veel erger is: ook bij de Chinese consument is het vertrouwen zoek. De aanslepende vastgoedcrisis (een groot deel van het Chinese spaargeld zit in vastgoed) en een oplopende werkloosheid hebben nefaste gevolgen. De financiële knipperlichten staan op oranje, zo niet op rood. De Chinese beurs (CSI 300) zit al sinds begin 2021 gevangen in een neerwaartse trend. De lange rente (10j overheidsobligaties 2.05%) wijst op het eerste gezicht dan wel op soepele financieringscondities, maar ze is vooral uiting van een deflatoire dynamiek (inflatie 0.6% j/j in augustus, producentenprijzen dalen -1.8% j/j!) en risicoaversie bij Chinese investeerders. Het gaat zelfs zo ver dat de autoriteiten de rush op lange overheidsobligaties willen afremmen. Na de vastgoedcrash is een obligatiecrash het laatste wat het land nodig heeft.
Het toont de uitdaging waar de PBOC en bij uitbreiding de regering voor staat. De economie ondersteunen, maar tegelijk voorkomen dat nieuwe maatregelen op termijn de (financiële en economische) stabiliteit in gevaar brengen. Met die overweging in het achterhoofd trokken de autoriteiten de monetaire gereedschapskist vanmorgen stevig open. Ze verlagen een reeks richtinggevende rentes, waaronder de nieuwe beleidsreferentie (7-daags reverse repo van 1.7% tot 1.5%). De banken moeten opnieuw minder reserves aanhouden voor de kredieten die ze verstrekken. Hierdoor komt ongeveer CNY 1 000 mld financieringsruimte vrij. Om de druk op de vastgoedsector te verlichten, verlaagt de PBOC de rente op bestaande hypothecaire kredieten en Chinese burgers die een tweede woning kopen moeten voortaan een lagere initiële bijdrage op tafel leggen (15% i.p.v. 25%). De PBOC maakt zelfs financiering vrij om het gemakkelijker te maken voor investeringsfondsen, verzekeraars en anderen om aandelen te kopen.
De eerste marktreactie vanmorgen is positief. De Chinese beurs veert op (CSI 300 +4.33%). De yuan versterkt verder tot USD/CNY 7.035, al is de recente comeback van de Chinese munt vooral uiting van een algemeen zwakke dollar. We denken dat dit nog wel even zo kan blijven. In de huidige deflatoire context hoeft China geen sterkere munt. De Fed-renteknip vorige week laat de PBOC nu wel toe om te versoepelen zonder dat dit weegt op de stabiliteit van de yuan.
Op iets langere termijn blijft de vraag of dit soort financiële versoepeling voldoende is om een positieve vertrouwensspiraal en een blijvend herstel van de binnenlandse vraag op gang te brengen. In dit verband hebben de maatregelen ter ondersteuning van de beurs en de vastgoedsector toch iets van ‘symptoombestrijding’. Naast de monetaire inspanning luidt vanmorgen dan ook vooral een roep om fiscale steun.