Sterke bergrit van CHF nog niet gereden
Het voorlopige jaartracé van de Zwitserse frank schiet aan symboliek niet te kort. Op de grafiek van EUR/CHF tekende zich een ruige alp af. Het startpunt van de opwaartse linkerflank was een historisch dieptepunt (CHF-hoogtepunt) van EUR/CHF 0.93 begin januari. Voor de Zwitserse centrale bank (en de exportgerichte Zwitserse economie) vormde die sterke munt steeds meer een probleem. Enkele verbale waarschuwingsschoten later en met het fiat van snel matigende inflatie ging de centrale bank (SNB) in maart al over tot een eerste renteverlaging. EUR/CHF klauterde in de weken nadien hoger richting >0.99. Het was Jordan die dit niveau tot bergtop omdoopte. De (bijna ex-)SNB-baas vond eind mei dat de slinger nu wel ver genoeg was doorgeslagen. Zijn commentaar ontlokte een CHF-comeback, versterkt door een periode van risicoaversie in juni (Europese verkiezingen) en begin augustus (Amerikaanse recessievrees). EUR/CHF dook heel even richting 0.92 en bakende zo de rechterflank van onze imaginaire berg af.
Ondertussen vond het paar een voorlopig evenwicht nabij 0.94. “Voorlopig” want we denken dat de recente sterke rit van de Zwitserse frank nog niet helemaal gereden is. Er is het langetermijn plaatje. De CHF is een structurele stijger waar relatief hoge Zwitserse productiviteit en een goede beheersing van de (binnenlandse) inflatie niet vreemd aan zijn. De meer dan 20% appreciatie tegenover de euro sinds 2018 is eigenlijk nog maar het topje van de ijsberg. De kortetermijn, cyclische elementen pleiten eveneens in het voordeel van de CHF. De Zwitserse statistische dienst trakteerde ons vanmorgen op groei- en inflatiecijfers. Die laatste leggen met 0.0% op maandbasis (augustus) en een afkoeling tot amper 1.1% jaar-op-jaar een derde opeenvolgende renteknip later deze maand in principe niets in de weg. Die verminderde rentesteun is niet per se slecht voor de munt. Ze is al (ruimschoots) verrekend in de markt terwijl de andere blokken van belang (VS, Europa) allemaal dezelfde weg opgaan.
Met een beleidsrente van in dat geval amper 1% wordt de resterende manoeuvreerruimte van de SNB wel erg beperkt. We veronderstellen hierbij weinig animo van de centrale bank voor een nieuw experiment met negatieve rentes. Dat is des te meer zo omdat de Zwitserse economie tekenen van heropleving vertoont. De groei trok afgelopen kwartaal aan met 0.7% kw/kw, het snelste tempo sinds 2022kw2. Maar ook een gezuiverde maatstaf tekende de snelste groei op sinds het eerste kwartaal van vorig jaar. Sentimentsindicatoren zoals het PMI-bedrijfsvertrouwen veerden afgelopen maand eveneens op. Het contrasteert met de rest van de EU/eurozone. Voor een veilige haven als de CHF legt die wankele economische (en moeilijke politieke) context daar impliciet een bodem onder de munt.
Het voornaamste risico voor CHF komt vanop eigen bodem, en wel vanuit de centrale bank. Een te sterke versteviging kan net zoals begin dit jaar voor wrevel zorgen. Maar we denken dat dit punt nog niet bereikt is. Een breuk van EUR/CHF beneden het correctief dieptepunt van begin augustus (0.921) ontlokt mogelijks de eerste openlijke frustratie. Voor effectieve ingrepen op de wisselmarkt (vreemde valuta kopen, CHF verkopen) houden we ons oog op EUR/CHF 0.90.