BoE droomt nog steeds van snelle renteknip
De Bank of England (BoE) hield de rente gisteren zoals verwacht onveranderd op 5.25%. BoE-raadsleden onthielden zich sinds de aankondiging door eerste minister Sunak van parlementsverkiezingen op 4 juli van commentaren. In de notulen werd wel benadrukt dat die verkiezingen de beslissing niet hebben beïnvloed. Die wordt ‘uiteraard’ enkel genomen op basis van een onafhankelijke inschatting van de inflatieontwikkelingen.
De verwachting was dat de BoE de ‘deontologische’ radiostilte ook op de beleidsvergadering zou aangrijpen om niet veel te (moeten) zeggen over haar rente-intenties. De algemene inflatie daalde in mei dan wel tot de 2.0%doelstelling al was wel vooral gevolg van een gunstige vergelijkingsbasis voor de energiefactuur van Britse gezinnen (-27.1% j/j). Dat effect dooft uit en ook de BoE ziet de inflatie de volgende maanden weer aantrekken. De onderliggende dynamiek was verre van geruststellend. Kerninflatie blijft hoog (0.5% m/m; 3.5% j/j) en dat geldt a fortiori voor diensteninflatie (0.6% m/m; 5.7% j/j), waar de driemaandsdynamiek zelfs versnelt. Kortom een goede reden voor de BoE om de kelk aan zich voorbij te laten gaan en zich op de vlakte te houden tot ze in augustus over nieuwe vooruitzichten beschikt.
Het is een publiek geheim dat de Bailey en Co de rente zo snel als kan willen verlagen om de groei niet nodeloos af te remmen. Ondanks de hoge onderliggende inflatie stemden opnieuw twee van de negen leden om dat nu al te doen. Voor een aantal binnen de ‘onveranderd-groep’ was het een dubbeltje op zijn kant. Er werden ook opvallend veel ‘technische excuses’ aangevoerd om de diensteninflatie te nuanceren. De markt pikte het signaal op. De verwachte kans op een renteknip in augustus steeg van 35% tot 70%. Een verlaging in september is volledig verdisconteerd. Een renteknip in augustus blijft niet evident. Hier is het uitkijken naar de inflatiecijfers voor juni. Een afkoeling van kerninflatie en/of een slechts beperkte stijging van de algemene inflatie kunnen minstens enkelen van kamp doen veranderen. Na 4 juli ook de BoE-communicatie terug goed in het oog houden, dus.
Data vanmorgen tonen dat Britse kleinhandelsverkopen in mei forser herstelden dan verwacht (wel na een stevige uitschuiver in april). Ook het consumentvertrouwen was sterker dan verwacht. Het pond wint beperkt terrein maar dat is meer het gevolg van een zwakke euro (onverwachte terugval EMU PMI’s) dan van een sterk pond.
Moraal van het verhaal. Van de BoE heeft het pond niet veel te verwachten. Als het enigszins kan gaat de rente lager. De EUR/GBP combinatie heeft natuurlijk ook een ‘euro-poot’. De eenheidsmunt speelt in de aanloop naar de Franse verkiezingen niet met de beste kaarten. De trend blijft in de eerste plaats euronegatief. Toch wordt het pond waarschijnlijk niet de grootste begunstigde van een eventuele Europese ‘risk off’-correctie met verdere euroverzwakking. EUR/GBP 0.84 is een eerste solide weerstand (voor het pond) met volgende referenties op 0.8339 & 0.8203 (dieptepunten 2022