RBA wijzigt niet van koers
Drie op een rij voor de Australische centrale bank (RBA). En zeggen dat gouverneur Lowe en co begin dit jaar nog maar amper rekening hielden met een eerste renteverhoging over de beleidstermijn. Laat staan dus met drie, waarvan een tweede keer op rij met 50 basispunten. De Australische beleidsrente bedraagt nu 1.35%. En dat is nog niet het eindpunt. Lowe sprak zelf al over minstens 2.5%. De Australische geldmarktrentes rekenen op minstens 3% eind dit jaar.
De beleidsverklaring op deze tussentijdse vergadering wijzigde amper ten opzichte van de vorige in juni. De eerste paragrafen zijn opnieuw volledig aan inflatie gewijd. Het toont bovenal aan dat de zorg om oplopende prijsdruk prioritair is aan groeirisico’s. Sinds de tweede helft van de volatiele junimaand staat die these onder druk. Vooral richting jaareinde toe. De RBA verwacht dat de Australische inflatie later dit jaar zal pieken vooraleer terug richting de 2%-3% inflatiedoelstelling te zakken in 2023. Stagnerende/corrigerende grondstoffenprijzen, minder vertraging op internationale toevoerkettingen en het normalisatieproces van de RBA moeten hiertoe bijdragen. Opwaartse risico’s komen vooral van oplopende energie- en voedselprijzen. Behalve de internationale context (gevolgen van de Russische oorlog in Oekraïne) speelt de binnenlandse setting ook mee. De Australische oostkust wordt al maanden geteisterd door hevige regenval en overstromingen.
De Australische groei blijft sterk en staat op stevige fundamenten, zijnde een sterke arbeidsmarkt. De werkloosheidsgraad staat op het laagste niveau in bijna 50 jaar (3.9%) en loonstijgingen zitten in de lift. Ondanks die krappe arbeidsmarkt plaatst de RBA vraagtekens bij het toekomstige uitgavenpatroon van de consument. Inflatie vreet aan het beschikbare inkomen en er kwam een einde aan de jarenlange stijging van de huizenprijzen (welvaartsverlies). Voorlopig bieden de post-Covid spaarbuffer en inkomensgroei nog voldoende tegengewicht.
De richtlijn voor de volgende vergadering(en) is duidelijk. Aan de huidige renteniveaus werkt het beleid nog steeds stimulerend en dat kan niet de bedoeling zijn. Extra normalisatie is de volgende maanden nodig. De cijfers zullen de exacte timing en hoeveelheid bepalen. De RBA verwees specifiek naar de tweedekwartaal inflatiecijfers die op 27 juli – één week voor de augustusvergadering – gepubliceerd zullen worden en de nieuwe (kortetermijn) inflatievooruitzichten sterk kunnen beïnvloeden. En daarmee dus ook het verstrakkingstempo.
De Australische dollar reageerde amper op de RBA-beleidsverklaring. Sinds de Europese opening zoekt het muntenpaar de recente dieptepunten rond AUD/USD 0.68 op. Een nieuwe test van het 50% herstelniveau op de 2020-rally (AUD/USD 0.6759) dient zich aan. Bij een breuk kijken we in de richting van de 0.65-zone. De beweging is vooral globaal ingegeven. Vanaf de openingsbel zakten rentes en beurzen onmiddellijk weg. De dollar geniet meer dan bijvoorbeeld vorige week van zijn status als veilige haven. De schade in EUR/USD loopt op. Na intensieve testen in mei en juni, geeft de 1.0350-steunzone zich voorlopig prijs. Het muntenpaar noteert voor het eerst sinds eind 2002 rond 1.03.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal