Poolse centrale bank op ‘cruise control’
Vandaag sluit de ECB een tijdperk af. De inflatie is zo ver opgelopen dat Lagarde en Co de monetaire inhaalrace wel moeten starten. Centraal-Europese centrale banken werden, onder meer omdat een zwakke munt de inflatiespiraal versterkte, gedwongen om veel sneller in te grijpen. De ervaring leert dat het proces veel langer duurt dan aanvankelijk verwacht/verhoopt. Vraag het maar aan voorzitter Glapinski van de Poolse centrale bank (NBP).
De NBP verhoogde gisteren de beleidsrente voor de 9de vergadering op rij, van 5.25% tot 6.0%. Even ter herinnering: een jaar geleden was NBP voorzitter Glapinski nog overtuigd dat inflatie tijdelijk was. Een renteverhoging zou tijdens zijn eerste abtstermijn niet aan de orde zijn. Zijn mandaat is ondertussen voor 6 jaar verlengd, maar die eerste ambtsterm loopt af … binnen twee weken (21 juni)! De tijden veranderen en de geesten passen zich snel aan. Na een ‘voorzichtige’ start met stappen van 50 bpn en één stap van 100 bpn in april is 75 bpn tot nader bericht ‘cruise control’ geworden voor de NBP.
De inflatie schoot, ondanks de monetaire verkrapping, door tot 13.9% j/j. In zekere zin is dit nog een onderschatting, want de Poolse regering nam in het kader van het ‘anti-inflatieschild’ maatregelen om de koopkrachterosie voor de Poolse burger te verminderen via verlaging van een reeks heffingen. Die inflatie wordt nog steeds gevoed door hogere energie- en grondstoffenprijzen en de gevolgen van verstoorde productiekettingen. Naast deze ‘externe’ factoren is er echter een duidelijk binnenlands luik aan de inflatie-ontsporing. De vraag blijft sterk (groei 2.5% kw/kw en 8.5 % j/j in Q1) en de NBP verwacht slechts een geleidelijke afkoeling. Een krappe arbeidsmarkt en stevige loonstijgingen (14.1% j/j in april) ondersteunen die vraag. De NBP concludeert dan ook dat inflatie mogelijk gedurende de volledige beleidshorizon (tot 2024) boven de doelstelling (2.5% +/- 1.0%) blijft. Later vandaag geeft Glapinski nog tekst en uitleg. De markt gaat er vanuit dat de NBP de rente in juli nog een keer met 75 bpn verhoogt. Daarna is een lager tempo mogelijk.
Op de wisselmarkt onderscheidde de zloty zich recent als een oord van rust vergeleken met de Tsjechische kroon of de Hongaarse forint. De kroon sprong vorige maand wat nerveus op en neer na de benoeming van de monetaire duif Ales Michl als nieuwe CNB-voorzitter. De forint lijdt dan weer onder het feit dat de Hongaarse centrale bank (MNB) het tempo van de renteverhogingen vertraagde ondanks nog steeds oplopende inflatie. Mogelijk helpt het de NBP om niet dezelfde fout te maken en de huidige vrij comfortabele positie van de zloty te vrijwaren. Inzake het wisselkoersbeleid, bevestigt het beleidscommuniqué de 180-graden bocht die de NBP het voorbije jaar nam. Tot eind vorig jaar was niet altijd duidelijk of de NBP wel echt een sterkere munt wilde. Nu geeft ze aan dat ze in de wisselmarkt kan interveniëren als de koers van de munt niet bijdraagt tot de anti-inflatiestrategie. Na een tijdelijke terugval onmiddellijk na de Russische inval in Oekraïne, handelde de zloty de voorbije twee maanden met voorzichtig positieve ondertoon. Als de NBP nog even volhoudt en niet dezelfde fout maakt als de MNB, is een terugkeer richting het technische steunniveau van EUR/PLN 4.50 mogelijk.