De uitlopers van de rentedaling
Overheidsobligaties doen het uitstekend deze maand. Vooral de lange looptijden trekken heel wat kooplustigen. De Verenigde Staten nemen dan weer geografisch het voortouw. De dertigjarige rente beleeft de slechtste maand sinds 2011 en de op twee na (1981, 2008) belabberdste november ooit. De voorlopige schade loopt op tot bijna 60 bpn met gisteren een nieuw correctief dieptepunt (4.537%). Het is het laagste niveau sinds de Fed-beleidsvergadering van september. De rentes zetten in de nasleep daarvan nog nieuwe cyclische toppen op de ongemakkelijke waarheid dat het monetair beleid nog lange tijd restrictief blijft (beleidsrente >5% eind 2024). “Hoger voor langer” blijft ons uitgangspunt maar niet (meer) dat van de markt. Vandaag verruimen we onze blik en kijken we naar de gevolgen van die u-bocht op andere deelmarkten.
Het meest evidente slachtoffer van de van origine Amerikaanse rentedaling is de dollar. De handelsgewogen munt streek neer van de éénjarige top ten noorden van 107 richting 103. In dat proces sneuvelde steun op 105.51, 104.38 en 103.46. Uit het gestage herstel van EUR/USD vorige maand ontsproot een stevige klim vanuit de lage 1.05 richting weerstand in de buurt van 1.096. Het muntenkoppel beukt en een breuk hoger richting de symbolische 1.10 is reëel. De dollar heeft geen antwoord tegen het Britse pond (GBP/USD van 1.21 naar +1.26) en legt zelfs de duimen tegenover de Japanse yen. De depreciatie van een 33-jarige top op USD/JPY 151.72 tot 148.38 brengt fundamenteel wel weinig zoden aan de dijk voor de armlastige JPY. Ook munten van opkomende landen spinnen garen bij de dollarverzwakking. Een gewogen mandje van 10 munten van Afrika over Centraal-Europa en Azië tot Latijns-Amerika herstelde sinds het dieptepunt van oktober zo’n 4%.
Om in de sfeer van (historische) betaalmiddelen te blijven: goud rondde laatst de kaap van $2000/ons. De weg naar het record van $2075 (2020) is technisch zonder obstakels. Beleggers in goud ontvangen daarop geen intrest. Lagere (reële) rentes verminderen m.a.w. de opportuniteitskost. Het compenseert de minder grote aantrekkingskracht van het edele metaal als bescherming tegen inflatie nu die niet meer aan extreem hoge niveaus noteert. Daarnaast zorgt de onverzadigbare goudhonger van centrale banken voor een stok achter de deur. Landen als Rusland, China, Turkije en India kopen in het kader van (weg)diversifiëring (uit de USD) op in bulk.
De beurs is nog zo’n duidelijke winnaar. Europese indices zoals de EuroStoxx50 naderden tot op minder dan 1% van belangrijke weerstand in de omgeving van 4400 en amper 2.5% van de huidige jaarpiek (4491, 16-jarig record). De S&P500 (VS) is 1% verwijderd van de 2023-hersteltop en 5.5% van het recordniveau in 2022. De sterke aandelenprestaties zijn het gevolg van een blind vertrouwen in de monetaire beleidsmakers. De markt rekent op hun kunde om tijdig de 2%-(kern)inflatiedoelstelling te bereiken en terwijl een economisch Wile. E Coyote moment te vermijden. Onze mening ter zake kent u. Maar de onderstroom in de markt is momenteel erg sterk met weinig aanleidingen voor een kentering op korte termijn, integendeel. Het is best mogelijk dat de believers later deze week hun case - nog één keer - verstevigd zien in de inflatiecijfers langs weerszijden van de Atlantische Oceaan.