Powell ‘nuanceert’
Sinds de Fed in september een pauze in haar verstrakkingscyclus inlaste, bevinden markten zich in een nieuwe fase. De markt hinkt op twee gedachten. Hebben we het einde van de verstrakkingscyclus gezien of is er nog bijkomende finetuning nodig? De glazen bol van de centrale bankiers geeft geen duidelijk antwoord. We hebben geen precedenten als leidraad voor de huidige situatie. Dat leidt tot onrustige, volatiele markten. Ad hoc data/nieuwe feiten zorgen er voor dat investeerders de ene dag het glas halfleeg zien en de andere dag halfvol. Na een stevige rentecorrectie lager kantelde het sentiment gisteren weer.
Na twee succesvolle veilingen van 3 en 10-jarig overheidspapier, liep de verkoop van $24 mld 30-jarige obligaties door de Amerikaanse schatkist zeer stroef. Een rente van 4.65%, i.p.v. 5% eind vorige maand, scheelt blijkbaar meer dan een slok op een borrel. Zeker met de gedachte in het achterhoofd dat Treasury de volgende twee jaar naast een stevig begrotingstekort al minstens van de orde van grootte van >$2500 mld aan obligaties moet herfinancieren. Investeerders hoeven zich niet te haasten, er zal geen gebrek zijn aan beschikbaar papier. Rentes veerden op.
De deelname van Fed-voorzitter Powell aan een paneldiscussie op een IMF-conferentie zorgde voor een tweede boost. Iets meer dan een week na de vorige beleidsbeslissing had hij begrijpelijk weinig ‘nieuw nieuws’. De markt pikte vorige week vooral op dat de Fed blij was met de inflatie-afkoeling. Powell herhaalde dat, maar zette toch ook de andere kant van de medaille in de verf. Na een sterke groei in het derde kwartaal (4.9% kw/kw geannualiseerd) verwacht de Fed een afkoeling die zich moet vertalen in lagere inflatie. De recente ervaring leert wel dat dit proces traag en weinig rechtlijnig verloopt. De Fed kwam dan wel op een punt dat ze door de reeds geleverde inspanning niet meer kort op de bal moet spelen, maar als het nodig is zal ze de rente zeker nog verder verhogen. In de andere richting betekent dit dat de centrale bank zich niet laat ‘opjagen’ door enkele maanden van meevallende inflatiecijfers. Powell hernam het idee dat de Fed rekening houdt krappere monetaire condities omwille de stijging van de lange rentes, maar die moeten dan wel lang genoeg aanhouden.
Sinds vicevoorzitter Jefferson in de aanloop naar de novembervergadering het idee lanceerde dat de Fed minder moet doen omwille van hogere lange rentes, zorgde die communicatie voor interpretatieproblemen in de markt. Het dreigt/dreigde zelfs een soort ‘self-destroying prophecy’ te worden. Als de markt op de hogere lange rentes reageert met lagere renteverwachtingen i.v.m. het Fed-beleid is het effect natuurlijk weg. Het heeft iets van een hond die achter zijn eigen staart aanloopt. Die communicatie werd een bijkomende bron van onzekerheid en volatiliteit in de markten. Powell nam die onzekerheid niet weg. Ceteris paribus kreeg de rentemarkt wel het signaal dat er tot nader bericht een natuurlijke bodem ligt onder de (lange) rentes. Als de markt zich te vroeg focust op de timing van de eerste renteverlaging, dreigt ze het deksel op de neus te krijgen.