Daar is die vermaledijde brexit weer
De Noord-Ierse parlementsverkiezingen haalden een oude koe uit de sloot: de Britse dreiging om éénzijdig bepaalde delen van het brexitakkoord op te zeggen. Covid-feestjes, de Britse koopkrachtcrisis en de normalisatiecyclus van de Bank of England duwden de brexit in de vergeethoek. De Britse tories steken opnieuw een tandje bij na de lokale verkiezingen van vorige week. Ze verloren terrein, hoewel niet tegen hun belangrijkste tegenstander Labour. Vooral de liberalen en de groenen gingen erop vooruit.
De (Noord-)Ierse republikeinen van Sinn Féin gingen met alle aandacht lopen. Voor het eerst kwamen ze als grootste partij uit de bus (29% van de stemmen en 27 zetels (onveranderd)) in plaats van de Union Jack-minnende DUP (21.3% en 25 zetels (-3)). De kiem voor een eengemaakte Ierse republiek is ondanks de symbolische overwinning niet gelegd. Sinn Féin won de verkiezingen door in te zetten op de koopkracht, terwijl DUP ze verloor door een versplintering van de unionistische stem. De winst voor centrumpartij Alliance – die zich afzet tegen de hokjesgeest pro-Ierland, contra-VK en vice versa – past in de globale tijdsgeest die haar rug keert tegen tweepartijsystemen.
Naar de letter van het Goede Vrijdagakkoord levert Sinn Féin nu de premier en DUP de vicepremier. In praktijk hebben beiden evenveel zeggenschap in het verplichte verstandshuwelijk. De kans dat binnenkort een nieuwe regering ingezworen wordt is echter klein. De DUPj weigert deelname zolang het Noord-Ierse protocol onder de huidige vorm blijft bestaan. Theresa May beloofde de DUP in ruil voor toen cruciale stemmen voor haar brexitakkoord dat het VK onscheidbaar is. Uiteindelijk kwam huidig premier Johnson op die belofte terug waardoor de Ierse zee fungeert als (douane)scheiding tussen het Britse vasteland en (Noord-)Ierland. Het VK dreigde er vroeger al mee om bepaalde delen van het brexitakkoord eenzijdig op te zeggen of te willen heronderhandelen. Sinds de lokale verkiezingen van eind vorige week is er opnieuw wat meer haast bij langs Britse kant.
Bronnen dicht bij de Britse regering suggereren dat het VK volgende week al de trekker wil overhalen. Het zette de EU er bij monde van vicepresident Sefcovic gisteren zelfs toe aan om een uitzonderlijk communiqué te publiceren. De EU wil gerust met het VK aan de onderhandelingstafel om de praktische implementatie van het protocol bij te sturen (vb uitzonderingen voor de farmasector), maar onderstreept dat tabula rasa geen optie is. Het Noord-Ierse protocol is één van de hoekstenen van het brexitakkoord en zal dat in haar huidige vorm blijven. Geen protocol, geen akkoord.
En zo steekt de brexitdraak nog maar eens zijn kop op. Voor het Britse pond is het een kopzorg meer. The queen’s money kwam vorige week na de BoE-vergadering in de problemen en geraakt maar moeilijk onder de druk uit. Het volgende weerstandsniveau voor EUR/GBP is nabij op 0.86. Daarna kijken we richting 0.8721.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal