ECB verstrakt, markt versoepelt…
Geloofwaardigheid is het hoogste goed voor een centrale bank. Ze helpt bij een efficiënte uitrol van het monetaire beleid als markten meestappen in de marsrichting van de centrale bank. Recent waren die markten niet happig om mee te gaan in het verhaal van blijvend strakkere monetaire condities om inflatie in te dijken. Deze week vergrootte die kloof alleen maar.
Woensdag na de Fed-vergadering doken de Amerikaanse rentes tot 10 basispunten lager hoewel de Fed duidelijk aangaf dat er verdere renteverhogingen (meervoud!) nodig zijn. Toegegeven, de communicatie van Powell was iets te veel ‘enerzijds-anderzijds’ om het sentiment te counteren. Idem in het VK gisteren. De Bank of England (BoE) verhoogde de rente met 50 bpn, maar de obligatierentes daalden tot 30 bpn!!! Hoewel zwaar overdreven, is de richting van ook die reactie nog enigszins te begrijpen. Volgens voorzitter Bailey bereikte de inflatiedynamiek een kantelpunt. Als die inflatie vertraagt zoals de BoE verwacht, moet de rente mogelijk niet veel hoger meer. Of er dit jaar dan al ruimte is voor rentedaling zoals de markt prijst (zowel in de VS als het VK) blijft onwaarschijnlijk. Het zij zo. De reactie na de ECB-vergadering gisteren bracht het culminatiepunt van de tweespalt tussen markten en centrale bankiers.
De ECB hield zich perfect aan het script van december. Ze trok de rente op met 50 bpn tot 2.50% en afgezien van een grote calamiteit schrijven we in maart 3%. Dan zijn er nieuwe vooruitzichten. Het is niet meer dan logisch dat de ECB die in haar beleid incorporeert. Voorzitster Lagarde zei duidelijk dat er na maart nog werk aan de winkel is. De kerninflatie koelt tot nader bericht niet af. Zonder zich vast te pinnen op een rentepiek was Lagarde heel duidelijk dat de rente nog lang relatief hoog zal (moeten) blijven. De ECB maakte haar punt met weinig ‘als’-en ‘maar’-en. Voor de markten maakte het allemaal weinig uit. De Duitse/Europese rentes doken tot meer dan 20 bpn lager. De markt houdt nog rekening met één bijkomende verhoging van 25 bpn na maart. EUR/USD brak zijn trip boven 1.10 af en sloot nabij 1.09.
Het begrip financiële condities is moeilijk te definiëren. Door de combinatie van fors lagere lange rentes, de correctie van de euro en lagere risicopremies (daling kredietspreads en hogere beurzen) versoepelden de Europese monetaire condities gisteren eerder dan verstrakken. Die beweging waarbij de markt de acties van de centrale banken, minstens deels, ongedaan maakt, is overigens al bezig sinds oktober. De inflatie wordt dus eerder aangewakkerd dan afgeremd. De ‘theoretische’ conclusie is dat de centrale banken de rente dan nog verder moeten verhogen om hetzelfde anti-inflatoire resultaat te behalen. Dat is duidelijk niet hoe de markt erover denken. Hoe lang kan die tweespalt duren? Your guess is as good as mine. Toch moeten markten en centrale banken op een bepaald punt naar elkaar toegroeien. We staan aan de kant dat de markten de inflatieontwikkeling en de reactiefunctie van de centrale banken onderschatten. Op korte termijn is het gevaarlijk om tegen zo’n overweldigend marktsentiment in te gaan. Het vallend mes, weet je wel. Gezien de grootte van de kloof neemt het risico wel toe dat de ‘convergentie’ met stevige schokken gebeurt. Wordt zeker vervolgd.