CE-munten krijgen tegenwind
Het ging er de voorbije dagen heftig aan toe op zowat alle markten. De groeitwijfel zorgde eerst voor lagere rentes en een vlakkere rentecurve. Gisteren ontaardde dit tot een risk-off correctie met alles erop en eraan. Beurzen en (sommige) grondstoffen gingen onderuit en de kredietrisicopremies liepen op. In zo’n context hebben ook de kleine, minder liquide munten het meestal moeilijk. De Zweedse en vooral Noorse koon, de ‘kleine’ dollars (NZD, AUD, CAD, ook omwille van hun connectie met grondstoffen) en de CE-munten (CZK, HUF, PLN) hapten allemaal stevig naar adem. Voor onder meer de forint en de zloty zat ook de binnenlandse verhaallijn niet altijd mee.
Eerst naar Hongarije. Daar versnelde de inflatie van 5.1% mei tot 5.3% in juni. De Hongaarse centrale bank (MNB) gaf toe dat ook de onderliggende inflatie onverwacht snel oploopt. De stijging is breed gedragen. De MNB ziet de inflatiebui al een tijd hagen. Na een reeks waarschuwgingen trok ze als eerste westerse CB de beleidsrente in juni op van 0.60% tot 0.90%. Ze sprak duidelijke taal. Dit is de start van een reeks die de inflatie zo snel mogelijk moet indijken. De komende maanden komt er quasi zeker opvolging. Tot nu gingen we uit van drie bijkomende verhogingen met 15 bpn tot september (tot 1.35%). Er wordt volgende maand een (technische) inflatieterugval verwacht, maar als die er niet komt of beperkt blijft, kan de MNB de renteverhogingen versnellen en zelfs het volledige rentepad hoger trekken. De MNB zette de voorbije maanden een grote stap inzake inflatiegeloofwaardigheid. Toch maken risk-off correcties in de forint zoals de voorbije dagen het leven voor de MNB er niet gemakkelijker op. Een zwakkere munt dreigt de inflatiespiraal alleen maar te voeden. De MNB engageert zich dan wel om de inflatie in te dijken, de regering Orban wil vooral dat de groei niet afkoelt in de aanloop naar de verkiezingen volgend jaar. De MNB voorkwam grotere schade, maar ondertussen leverde de forint wel het grootste deel van de winst sinds mei in. Bij verdere globale onzekerheid is EUR/HUF 360 een eerste weerstand. Bij een val van de forint tot EUR/HUF 365 ‘moet’ de MNB waarschijnlijk een tandje bijsteken. Rentesteun van ‘moeten’ is natuurlijk een ambigu signaal voor de munt. ‘HUF-longs’ hopen best op een ontspanning op de globale markten.
Gisteren besliste de Poolse centrale bank (NBP) over haar beleid. Niet echt veel nieuws onder de zon. De NBP trok wel haar groei- en inflatievooruitzichten fors op. Zo ziet ze voor de periode 2021/23 een groei in de buurt van 5%. Ook de inflatie blijft waarschijnlijk nog een hele tijd boven de top van de tolerantieband voor inflatie (2.5% +/- 1.0%). De NBP geeft dit nog steeds vooral het label ‘tijdelijk’ en veroorzaakt door factoren buiten de actieradius van het monetair beleid. Voorlopig maakt de NBP nog geen aanstalten om de 0.1%-rente te verhogen en blijft ze obligaties kopen. De NBP herhaalt het belang van een (niet te sterke) munt om het herstel op koers te houden. Zelfs interventies blijven (in theorie) een optie. Wat die liefst niet te sterke zloty betreft, werd de NBP de voorbije dagen min of meer op haar wenken bediend. Ook dit is natuurlijk een ambigu verhaal. Als de munt te snel verzwakt, kan dat de inflatie aanwakkeren en dreigt de NBP in een vergelijkbare situatie terecht te komen zoals haar Hongaarse collega. De NBP gaf nog geen hint in de richting van monetaire bijsturing. Vraag is hoe lang dit nog kan uitblijven met een verwachte nominale groei (groei + inflatie) de komende jaren van >8%! In november zijn er nieuwe vooruitzichten. Op korte termijn is ook de koers van de zloty vooral schatplichtig aan het algemeen sentiment. EUR/PLN 4.564 en 4.5930 zijn de eerste steunniveaus voor de zloty.