Geeft de Fed het startschot voor marathon?
Centrale banken vieren weer hoogtij deze week. Zwitserland, Noorwegen en Japan komen allemaal aan de bak. Zij worden voorafgegaan door de Amerikaanse centrale bank, de Fed, op woensdag. Daar blikken we vandaag al even op vooruit.
We winden er geen doekjes om: de juni-jamboree is mogelijk een belangrijke. De Fed publiceert nieuwe groei- en inflatievooruitzichten. Vooral die laatste verdienen de nodige aandacht omwille van de scherpe versnelling tot 5% (CPI) in mei. Noch de markt noch de centrale bank voorzag een prijsspurt van dat formaat. De Fed zal die opwaartse inflatiedruk ongetwijfeld als “tijdelijk” categoriseren. Het was alvast de conclusie van de markt; de reële tienjaarsrente daalde zo maar even 10 basispunten! Maar als “tijdelijk” lang genoeg duurt, schept het (inflatie)verwachtingen die onder meer in de loonvorming doorsijpelen. Die tweede-ronde-effecten zijn een belangrijk tegenargument van het voorlopig nog select clubje dwarsliggers. Welke inflatienarratief u ook aanhangt, vast staat dat het een belangrijk debat binnen de Fed aanwakkert: de afbouw van het opkoopprogramma. Momenteel verwerft de centrale bank à rato van $120 miljard per maand overheidsobligaties en herverpakte hypotheekleningen. Dat blijft ze doen tot er effectieve en materiële vooruitgang richting de doelstellingen is geboekt. De notulen van de vorige beleidsvergadering verklapten dat dit voor “enkele” gouverneurs stilaan het geval is: zij willen de discussie rond de afbouw aanvatten. En het gaat niet om de minsten, zo bleek uit een resem toespraken nadien: Quarles, Clarida en Williams suggereerden dat dit kan tijdens een van de volgende bijeenkomsten op tafel kan komen. We verwachten dat juni het startschot betekent voor wat allicht een lange marathon wordt. Een concreet voorstel voor een tempering van de aankopen volgt waarschijnlijk op het einde van de zomer. Op 26-28 augustus vindt het Jackson Hole Symposium plaats. De Fed greep het gebeuren al meermaals aan als platform voor beleidswijzigingen. Vorig jaar maakte ze er bv. het nieuwe monetaire beleidskader wereldkundig. Op 22 september hakt de Fed dan vermoedelijk de knoop door, te beginnen met een afbouw van de herverpakte kredieten eind 2021. Terug naar woensdag. We hebben het nog niet gehad over de renteprognoses. We veronderstellen dat de Fed vanaf 2022 ook de aanschaf van overheidsobligaties tempert. Terwijl ze die landing inzet, kan ze denken aan renteverhogingen. Een eerste in 2023 past netjes in dat tijdskader. Dat is wat wij, de markt en straks wellicht ook de Fed denkt. In april noteerden 7 van de 18 leden al hogere rentes voor 2023.
De reactie op de 5%-inflatie vorige week laat er geen twijfel over bestaan: de markt staat klaar voor een uiterst soepele Fed. De Amerikaanse tienjaarsrente nestelde zich de afgelopen dagen helemaal onderaan in een neerwaarts handelskanaal. De sterren staan m.a.w. gealigneerd voor een ritje noordwaarts. Daar zal de recent weerbare dollar in principe van profiteren. De voorwaarde is wel dat het een reële rentestijging betreft en niet één gedreven door hoge en oplopende inflatieverwachtingen. Anders gezegd: de markt moet blijven meegaan in het tijdelijke inflatieverhaal van de Fed. Hen daarvan in een aanhoudend verbeterende context overtuigen wordt zelfs voor een geoefend woordkunstenaar zoals voorzitter Powell alsmaar moeilijker.