Vlieghe geeft het pond vleugels
Het bleef de afgelopen weken windstil rond de Britse munt. Sinds begin april fluctueert EUR/GBP binnen een enge handelsband tussen 0,86 en 0,87. De laatste echt noemenswaardige prijsbeweging zagen we op 10 mei. Een bijna nostalgische zweem van politieke onzekerheid verliet toen het pond. De Schotse verkiezingen de dag voordien leverden nét geen meerderheid op voor de nationalistische SNP. Het boegbeeld voor een Schotse breuk met het VK zag zo de plannen voor een nieuw onafhankelijkheidsreferendum minstens uitgesteld. In de wandelgangen circuleert 2023.
Gisteren kwam er nog eens verandering in het anders weinig inspirerende handelspatroon van het pond. EUR/GBP dook van 0,865 richting de steunzone ten zuiden van 0,86. Geen zwakke euro, wel een fermer pond. De oorzaak ligt bij raadslid van de Bank of England Vlieghe. De Brits-Belgische man staat te boek als een monetaire duif met een voorkeur voor een zo soepel mogelijk beleid. Dat was echter niet wat de markt begreep uit een toespraak gisteren. Vlieghe schetste drie verschillende economische scenario’s in functie van de werkloosheidsgraad, elk met een andere betekenis voor het monetair beleid. In zijn basisscenario mondt dit uit in een eerste renteverhoging laat in 2022. Wordt de pessimistische versie bewaarheid, dan is zelfs een negatieve beleidsrente mogelijk. Als de arbeidsmarkt en loondynamiek vlotter dan verwacht herstellen, dan kan een renteverhoging al vroeger in 2022 maar allicht niet vroeger dan het eerste kwartaal. Omdat de arbeidsmarkt-ondersteunende maatregelen (voorlopig) pas eind oktober uitdoven, heeft Vlieghe (en de Bank of England) pas enkele maanden later zicht op de situatie.
Het pond had gisteren enkel oog voor die laatste mogelijkheid. Zo bizar is dat niet, of gelooft u dat de Britse centrale bank zich nu nog aan negatieve rentes zal wagen? Maar zelfs in zijn basisscenario verwacht Vlieghe een eerste renteverhoging sneller dan wat de Bank of England in de nieuwe prognoses eerder deze maand vooropstelde (2023H1). De uitgesproken pondbeweging is evenzeer een uiting van de veranderde monetaire tijdsgeest waarin markten bijzonder gevoelig zijn geworden voor (aanwijzingen van) steunafbouw.
Het was al langer duidelijk dat de Britse centrale bank sneller zou schakelen dan pakweg de ECB of de Fed. Maar waar de BoE begin mei de markt nog teleurstelde met het gebrek aan concrete vooruitzichten, putten sterlingbulls nu moed uit Vlieghe’s optreden. Vanuit technisch oogpunt verandert er voor EUR/GBP voorlopig echter weinig. De 0,8561-steunzone kraakt maar breekt niet. De markt twijfelt of de mening van Vlieghe al gemeengoed is binnen de BoE. Idealiter (voor het pond) krijgt de man op korte termijn bijval van andere BoE-raadsleden en/of van de economische cijfers. We kijken daarom onder meer uit naar de toespraken volgende week van de gouverneur zelve, Andrew Bailey.