IMF en Wereldbank vrezen schuldprobleem
De fine fleur van de financiële wereld komt in oktober jaarlijks samen op de vergaderingen georganiseerd door het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank. Ter opvolging en ter voorbereiding van die “Annual Meetings” steken de belangrijkste comités van beide instituten de koppen al eens bij elkaar. Die tussentijdse update vindt volgende week plaats en verdient gegeven de huidige economische en gezondheidscrisis meer dan gemiddelde aandacht.
In de aanloop naar de vergadering maakten enkele zwaargewichten ongenuanceerd duidelijk waar het om gaat: de nakende schuldencrisis in opkomende landen. IMF topvrouw Georgieva legde gisteren de vinger op de wonde: hogere rentes in de kernlanden, en meer bepaald in de VS, maken het risicovrije alternatief ten opzichte van investeren in opkomende landen aantrekkelijker. Op die manier dreigt kapitaalvlucht. De Amerikaanse 10-jaarsrente zette gisteren een nieuwe cyclische top boven 1.75%, het hoogste niveau sinds januari 2020. Onze langetermijnvisie van nog hogere rentes en een nog steilere curve is intussen gekend. De druk op landen met een gemiddeld of laag inkomen kan extra groot worden omdat ze vorig jaar ook hun toevlucht namen tot fiscale stimulus, met hogere schuldratio’s tot gevolg. Bovendien zijn deze landen vaak afhankelijk van de toeristische sector die door de aard van de crisis vleugellam is.
Traditioneel wordt het schuldprobleem in deze opkomende landen uitvergroot omdat de schulden zijn aangegaan in duurdere, vreemde valuta (voornamelijk dollar). Een pluspunt om investeerders aan te trekken, maar een molensteen als de lokale munt tijdens een crisis onderuit gaat. De Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties, Guterres, zei eerder deze week dat vele landen die de voorbije jaren afkickten van buitenlandse schuld nu met een ander probleem kampen. De gemiddelde looptijd van de uitstaande binnenlandse schuld daalde verschrikkelijk snel tijdens de Covid-crisis. In een land zoals Brazilië was dat in 2020 amper twee jaar. Een pluspunt om de kost van de fiscale steun te drukken, maar een serieus gevaar als de ingezetenen die korte financieringscyclus niet meer kunnen of willen draaiende houden. Vorig jaar waren er amper landen die verzaakten aan hun betalingsverplichtingen, wat een vals gevoel van veiligheid geeft aldus Guterres. De schuldproblematiek wordt te makkelijk over het hoofd gezien.
Georgieva stelt een stappenplan voor om de landen met lage en gemiddelde inkomens door de crisis te helpen. Op korte termijn primeert de fiscale steun en de vaccinatiecampagne. In een tweede fase moet gewerkt worden aan de publieke financiën. Hier breken G&G, gesteund door de G7, een lans voor een toename van de speciale trekkingsrechten van het IMF (SDR) met $650 miljard. Dankzij die kapitaalinjectie kan het IMF landen in nood van extra reserves voorzien. De vorige SDR-verhoging ($250 miljard) vond plaats in de nasleep van de financiële crisis van 2008-2009. Een ruimere IMF-buffer kan landen in nood meer ademruimte geven tijdens hun saneringsoefening. Georgieva’s derde pijler is (verre) toekomstmuziek: groenere en meer digitale investeringen om de welvaart op lange termijn op te krikken.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal