Euro(pa) hinkt achterop
De euro heeft een moeizame eerste maand van 2021 achter de rug. EUR/USD testte gisteren een eerste keer het 1.2011 steunniveau (vorige top). Vanochtend volgde al een tweede poging. Een breuk lager is niet langer ondenkbaar, maakt het technische beeld in het muntenpaar neutraal en opent een handelskanaal tussen grosso modo 1.16 en 1.20. De dollar doet het tout court wat beter. Op handelsgewogen basis (DXY) test de greenback het 38% herstelniveau van de dollardaling tussen november en januari (91.32). USD/JPY verliet vorige week het neerwaartse kanaal waarin het muntenpaar sinds de zomer vertoefde. EUR/GBP zakte door de bodem van het zijwaartse band sinds juni 2020 (0.8865), maar het ontbreekt het pond voorlopig aan panache om de breuk echt te verzilveren. De volgende technische referentie ligt rond 0.8670.
Op korte termijn betalen Europa en de eenheidsmunt de tol van het bureaucratische beslissingsproces rond de Europese vaccinatiestrategie. De VS en het VK profiteren van sneller agerende beleidsinstanties. De Verenigde Staten vaccineerden de afgelopen week aan een absoluut recordtempo van 1.32 miljoen dosissen per dag terwijl het VK een mooie ereplaats heeft wat betreft aantal gevaccineerde per 100 personen (15.19). Ter vergelijking: voor de EU staat die maatstaf op 3.03. Brits premier Johnson was na de brexitsaga en het mismanagement van de coronapandemie dood en begraven, maar herrijst nu uit het politieke graf. De onafhankelijke Britse beslissingen mbt vaccinatie bewijzen het “grote gelijk” van de brexiteers. “Let’s take back control”. Johnson/Sterling wint een veldslag, maar daarom nog niet de oorlog. Het is te vroeg om het vaccinatievoordeel al door te rekenen naar een economisch inhaalmanoeuvre, laat staan naar snellere beleidsnormalisatie door de Bank of England. Wat de centrale bank betreft is de discussie rond het mogelijk invoeren van negatieve beleidsrentes – mocht die er na BoE Bailey’s uitspraken begin januari nog zijn – wel definitief gesloten.
De belangrijkste wisselmarkten hebben voorlopig oogkleppen op. Correlaties met traditionele marktthema’s zijn zoek. De dollar ondervindt bijvoorbeeld minder hinder van het reflatiethema dat de munt vorig jaar de das om deed. De divergentie tussen stijgende Amerikaanse inflatieverwachtingen en onderdrukte reële rentes nam sinds de start van het jaar per saldo nochtans toe. Amerikaans President Biden zag zijn openingsvoorstel van $1900 miljard dan wel gecounterd door een Republikeins tegenvoorstel van “slechts” $600 miljard, de Democraten zullen de nodige achterpoortjes gebruiken om de cheque alsnog aan te dikken. Langs de Europese kant van het verhaal kan de euro zomaar zelf slachtoffer worden van relatief oplopende inflatieverwachtingen. Daarvoor waarschuwden we maandag. De onderliggende kerninflatie veerde in de euro zone in januari op van 0.2% j/j tot 1.4% j/j, het hoogste niveau sinds 2015. De rally in grondstoffenprijzen laat de dollar voorlopig koud. De tijdelijk toegenomen volatiliteit was dan wel weer spek naar de bek, maar die kortstondige periode ligt achter rug. De VIX-index (verwachte volatiliteit in de S&P 500 de volgende maand) noteert opnieuw rond de niveaus van voor de Reddit-guerrilla.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal