Een veilige haven in zicht?
De eindfase van de huidige coronapandemie is ingezet. Sinds de eerste aankondigingen van succesvolle fase-3 testen van efficiënte kandidaat-vaccins houdt het goede nieuws aan. Farmaceutische bedrijven verwachten eerstdaags een autorisatie van de betrokken medische toezichthouders in de VS en de EU. In afwachting van een snelle goedkeuring worden de voorbereidingen voor de uitrol en toediening van het vaccin reeds opgestart. Daarbij verzekerde Europa, met de Europese Commissie (EC) in een centrale rol, zich van een voldoende voorraad om een doeltreffende vaccinatiecampagne op te zetten. Een normalisatie van de gezondheidssituatie dient zich aan.
Het zal echter nog even duren vooraleer we die veilige haven bereiken en we de uiteindelijke economische averij van de coronastorm kunnen opmeten. De uitzonderlijke maar noodzakelijke crisismaatregelen vertroebelen een correcte raming van de werkelijke structurele economische schade. Het budgettair beleid verschaft immers ongezien sterke inkomenssteun aan getroffen gezinnen en helpt - samen met andere maatregelen zoals schuldmoratoria - de bedrijven om de crisis te overbruggen. De (noodzakelijke) afbouw van deze crisismaatregelen zal structurele schade aan de oppervlakte brengen. Mogen we uitgaan van een volledig herstel van de (binnenlandse) vraag en een heropstart van de economie? Of veroorzaakt de pandemie permanente littekens in de vorm van een toename aan faillissementen en een structureel hogere werkloosheid? Zullen huishoudens het opgebouwde sparen uit voorzorg blijven aanhouden en zullen bedrijven opnieuw investeren?
Deze open vragen bewijzen dat het nog een tijdje moeilijk varen blijft. Recent gepubliceerde enquêteresultaten geven nog geen eenduidige indicaties van een sterk herstel van het consumentenvertrouwen, noch van een directe heropleving van de vraag. De zwakkere flash-raming van het EC-consumentenvertrouwen in november is nog steeds het gevolg van de verstrakking van de gezondheidsmaatregelen in verschillende lidstaten. En hoewel volgens de november-publicatie van de NBB het consumentenvertrouwen in België licht verbetert, bevindt het zich nog steeds ver onder het pre-crisis niveau. De Belgische huishoudens blijven pessimistisch over de toekomstige werkloosheid en plannen of verwachten voorlopig geen grote aanpassingen in opgebouwde spaarbuffers en/of aankopen. Ook de meest recente daling in de Europese PMI-cijfers of de conjunctuurenquête van de NBB wijzen op een tanend vertrouwen. De laatste ERMG-enquête leert dat bedrijven voorlopig pessimistisch blijven wat betreft de investeringen en tewerkstelling in 2021.
De economische onzekerheid van de pandemie-afwikkeling maakt dat het nog even kan duren vooraleer de focus eindelijk opnieuw verschuift naar structurele aandachtspunten zoals het belang van een performante, flexibele en productieve economie of de transformatie naar een digitale en klimaatneutrale economie.
Hans Dewachter, KBC Group Chief Economist