Chinees herstel houdt aan en breidt uit
China publiceerde vanmorgen als eerste grote economie de derdekwartaalgroeicijfers. De twijfelachtige betrouwbaarheid doet zoals steeds afbreuk aan de informatieve waarde van de reeks. Toch vallen enkele interessante evoluties op. We lichten even toe.
De Chinese economie groeide tijdens het derde kwartaal van dit coronajaar met 2,7% kw/kw (4,9% j/j). Het herstel zet zich na een spectaculair groei van 11,7% in het tweede kwartaal dus voort. Met deze cijfers laat China bovendien de groeidip van dit jaar al achterwege. Van januari tot en met september dikte het Chinese BBP met 0,7% j/j aan. Toch een minpuntje: de markt verwachtte net dat tikkeltje meer. Vooral de binnenlandse dienstensector en private consumptie hadden het tijdens het derde kwartaal nog lastiger dan gedacht.
Beleggers kunnen de handen aan de vooravond van de winter gelukkig wel verwarmen aan de positieve maandelijkse cijferreeksen. Net de kleinhandelsverkopen – een proxy voor de geteisterde dienstensector – verrasten positief. Dat is een welkome opsteker. Na een teleurstellende 0,5% j/j in augustus, liet de Chinese consument het geld iets meer rollen à rato van 3,3% j/j. De weg om de volledige terugval in de verkopen te recupereren is nog lang. Voor de periode januari-september 2020 liggen die -7,2% (year-to-date) lager t.o.v. dezelfde periode vorig jaar. Maar het gaat in ieder geval de juiste kant op. Industriële productie groeide met 1,2% j/j YtD iets sneller dan verwacht. Kapitaalsinvesteringen haalden de lat dan weer net niet (0,8% j/j YtD) maar tekenen wél de eerste groei van 2020 op. Die komt er op het conto van de staat (+4% j/j YtD). De investeringen door private ondernemingen krimpen wel aan het traagste tempo van 2020 (-1,5%). Vooral investeringen in de gezondheidszorg en farma blijven niet verwonderlijk hoge toppen scheren.
De sectoriële tweespalt die zich al langer voltrok in onder meer vertrouwensindicatoren (PMI’s etc.) manifesteert zich duidelijk ook nog altijd in de harde datareeksen. Toch valt de positieve trend op. Het mag allemaal liefst iets gezwinder, maar het Chinese herstel wordt almaar breder gedragen. Dat is op zich een bemoedigend signaal. Conclusies trekken voor de Europese en Amerikaanse groei later deze maand is volgens ons echter een stap te ver. Europa maar ook de VS kampen de laatste weken immers met een heropflakkering van het virus. Vooral op Europese bodem leidde dat tot een verstrenging van de maatregelen.
Economisch is China op dit moment allicht eenzame koploper maar de beurzen bengelden vanmorgen achteraan het peloton. Dat zegt vooral iets over het beleggerssentiment. De Chinese CSI300 index spurtte de afgelopen maanden tot het hoogste niveau sinds 2015. Er vormde zich de laatste weken wel een stevige weerstand in de buurt van 4850, waar de index zich momenteel dicht bij bevindt. De combinatie van technische factoren en de strikt genomen “teleurstellende” BBP-cijfers bieden een gelegenheid om winst te nemen op de verschroeiende beursrally. Bewijs daarvan vinden we in de Chinese yuan. Die houdt wel goed stand in de buurt van USD/CNY 6,69. USD/CNY 6,69 en vervolgens 6,66 is overigens een zéér belangrijke technische referentie. Een breuk van USD/CNY lager effent het pad richting 6,24. Dat is op korte termijn waarschijnlijk niet zo evident.