Dollar kraakt, euro blaakt
De meeste Europese activa presteerden de afgelopen maanden relatief minder goed dan pakweg de Amerikaanse. Niet alleen de aandelenmarkten toonden zich op het Europese continent minder veerkrachtig. De euro handelde vrij besluiteloos binnen een enge zijwaartse handelsband van ruwweg 1,08/1,10 tegen de dollar; de laagste niveaus in drie jaar. De prijsactie binnen die handelsband was dikwijls een gegeven van algemeen risicosentiment. Maar de klassieke stelling van een sterke dollar tijdens de huidige onzekere periode moet stilaan worden herzien. Daarnaast vervullen recent ook fundamentele en binnenkort (?) ook technische overwegingen een belangrijke rol. En die ogen helemaal niet slecht voor de euro.
We hadden het gisteren al uitgebreid over het voorstel van de Europese Commissie tot een herstelfonds met een prijskaartje van een ambitieuze €750 miljard. Het is uiteraard nog maar een eerste stap in een lang proces. Toch is het feit dat ze gezet is zonder meer belangrijk. Het gebrek aan een Europees overtuigend fiscaal antwoord was immers lang een blok aan het been van de euro. Er dreigde economische divergentie en dat ondermijnde het Europese project en munt. Het voorstel van de Commissie is op zijn minst een geloofwaardige poging om dat te vermijden. Het komt ook tegemoet aan de verzuchtingen van de ECB. Die voerde (tot nu?) nagenoeg alleen de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus. Deze week lieten verschillende gouverneurs overigens in ongewoon klare taal verstaan dat de ECB wat dat betreft nog meer in zijn mars heeft. Het huidige PEPP wordt volgende week donderdag naar alle waarschijnlijkheid opgetrokken richting €1000 miljard.
Europa (her)laadt dus de fiscale-monetaire tweeloop. Niettemin bleef de echte EUR/USD-remonte die we toch hadden mogen verwachten, uit. Akkoord: het paar herstelde begin deze week, maar de bovengrens van het zijwaartse kanaal kwam nooit echt in het gevaar, zelfs niet nadat de Commissie haar voorstel bekendmaakte. De gegeerde dollar lag dwars.
Beleggers houden al langer krampachtig vast aan de grote dollarposities die ze de afgelopen maanden opbouwden. Maar dat virusgedreven voorzichtigheidsprincipe komt onder almaar meer druk. De wereldeconomie pikt stilaan de draad terug op, voorlopig zonder al teveel impact op het aantal gevallen met het coronavirus. De dollar vertoont barsten en gisteren was daarvan een mooie demonstratie. President Trump haalde het (beurs)sentiment ter elfder ure volledig onderuit. Toch recupereerde de ‘veilige’ dollar nauwelijks iets van de oplawaai die hij eerder op de dag al te verwerken kreeg. Dat zo’n risk-off context niet langer per definitie positief is voor de dollar zien we vandaag opnieuw. Tot slot nog het technisch plaatje. De handelsgewogen USD (en in iets mindere mate USD/JPY) bevindt zich kortbij een cruciaal technisch kantelpunt. 98,27 is de laatste horde die op de weg verder zuidwaarts ligt. Dat niveau staat op dit eigenste moment sterk onder druk. Een volgehouden breuk lager heeft ongetwijfeld implicaties op de andere dollarcombinaties, waaronder EUR/USD. EUR/USD 1,1167 (61,8% fibo retracement) zou in dat geval wel eens snel kunnen sneuvelen. Vervolgens omcirkelen we 1,1292 (76,4% retracement) en wie weet … 1,1495 (maart-top).