China lijdt en leidt
Ale ogen waren vroeg vanmorgen op China gericht. Als initiële epicentrum van de covid-19 pandemie werd het land ook als eerste economisch getroffen. En dankzij ingrijpende maatregelen lijkt het erop dat de Chinese draak ook als eerste uit het dal van de corona-crisis zal klimmen. Hoe diep het dal is, vertellen ons nu de reële economische groeicijfers voor het eerste kwartaal. Die waren, zoals verwacht, barslecht, maar zelfs nog wat slechter dan de consensusverwachting. Met een groei van -6.8% (j/j) in het eerste kwartaal kende China voor het eerst een drastische terugval op zijn jarenlange en pijlsnelle ontwikkelingspad. Dergelijke schok komt bijzonder hard aan in een planeconomie waar de economische groeicijfers in principe in de sterren van de Communistische Partij staan geschreven. Andere cijfers bevestigen de sterke terugval in de Chinese economie. De drastische verkoopdaling in de kleinhandel (-15.8%) in maart wijzen op de sterke vraagschok door de verregaande quarantainemaatregelen en liggen in lijn met de eerdere dalingen in het consumentenvertrouwen. Aan de aanbodzijde zijn de cijfers wat tegenstrijdig. Enerzijds daalden de investeringen met 16.1%, maar anderzijds bleef de krimp in de industriële productie beperkt tot 1.1% in maart, in vergelijking met een krimp van 13.5% in februari.
Dat laatste cijfer is een hoopvol signaal. Het suggereert dat China traag, maar duidelijk uit het corona-dal aan het kruipen is. Ook sentimentsindicatoren wijzen in die richting en voeden wereldwijd de hoop dat de coronacrisis een V-patroon zal kennen. Maar de relatief positieve evoluties in de Chinese industrie kunnen de wereldeconomie ook helpen. Als de Chinese industriële motor blijft draaien betekent dat een hernieuwde vraag naar internationale inputs en investeringsgoederen waarbij vooral dat laatste van belang is om de Europese export opnieuw aan te wakkeren. Dat laatste is een cruciale voorwaarde om een snel herstel in Europa mogelijk te maken. Bovendien verkleint een herstel in de Chinese industrie de kans op internationale bevoorradingsproblemen, op voorwaarde dat ook de logistieke keten opnieuw vlot draait.
De Chinese cijfers geven alvast aan dat de economische slag ook in de westerse wereld enorm zal zijn, maar dat een sterk herstel mogelijk is. Toch komen er ook waarschuwingen uit de Chinese cijfers. De Chinese inflatie klimt ondanks de economische terugval. De inflatie-opstoot komt hoofdzakelijk door sterk stijgende voedingsprijzen die nog worden aangewakkerd door exportbeperkingen op voedsel in een aantal Aziatische landen. Het gevaar van blijvend protectionisme loert om de hoek. Met de combinatie van een hogere inflatie en een tragere groei op langere termijn dreigt het gevaar van een stagflatieperiode. Vooral voor de westerse economieën, met veel lagere groeiniveaus, zou dat een pijnlijke uitloper van de huidige coronacrisis zijn. Ook de Chinese schuldenberg zal sterker aangroeien door de financiering van diverse crisismaatregelen. Ook daarin volgt de wereld het Chinese voorbeeld.
Het is nu officieel duidelijk dat het covid-19 virus een enorme terugslag in de wereldeconomie veroorzaakt. De Chinese cijfers wijzen op een sterke vraagschok, terwijl de aanbodzijde zich stilaan herstelt. De algemene macro-economische toestand van China is in elk geval verslechterd, met toegenomen risico’s op langere termijn. Corona zal ons nog een tijdje achtervolgen.
Jan Van Hove, KBC Group Chief Economist