Terug van (nooit) weggeweest: Brexit
Vandaag nemen Michel Barnier (EU) en David Frost (VK) de draad terug op met een videoconferentie die de brexitonderhandelingen opnieuw op gang moet trekken. De voorbije maand was brexit geen thema voor de Britse munt. Het pond heeft een stormachtige rit achter de rug. De markt deelde de ‘Queen’s money’ in bij de kleinere, minder liquide munten en kreeg een pandoering. De extreme voorkeur voor USD-liquiditeit duwde “cable” (GBP/USD) tot het laagste niveau sinds 1985. Ook tegen de euro en de yen moest het pond de duimen leggen. EUR/GBP ging even boven de toppen van na het brexitreferendum (0.95 zone). De Bank of England zette zich in het spoor van andere centrale bankiers en overspoelde de markt met liquiditeit (renteverlaging, QE en zelfs een directe kredietlijn voor de overheid). Ondertussen maakte de Britse munt, zoals andere, kleinere munten, een mooie comeback. Deze week dook zowaar ook brexit terug op als een argument om de stijging van het pond te verklaren. Sommigen gaan er vanuit dat de coronacrisis het brexitproces tijdelijk ‘on hold’ kan zetten. Het VK stapte op 31 januari uit de EU en kwam daarmee in een overgangsfase tot eind 2020. In die (korte) periode moeten de Britten en de EU hun nieuwe handelsrelatie op punt zetten. Als beide partijen dat nodig vinden, kan de overgangsperiode nog met tot twee jaar worden uitgebreid, maar dat moet dan wel voor 1 juli beslist worden.
Het politieke pokerspel is weinig veranderd. De EU wil uitstel geven als het VK dat vraagt en blijft betalen voor het deel uitmaken van de eenheidsmarkt. Brits Minister van Financiën Sunak zei dat de onderhandelingen met de EU toch afgerond kunnen worden voor het jaareinde, ook al heeft dat proces forse vertraging opgelopen. Ander ‘fait divers’. Het onafhankelijke ‘Budget Office’ in het VK maakte gisteren bekend dat de Britse economie dit jaar mogelijk 13% krimpt. In die context zou je denken dat het onbegonnen werk is om een complex nieuw institutioneel kader uit te tekenen, ook omdat zowat niemand weet hoe de (economische) wereld er na corona zal uitzien.
Boris Johnson, die op dit ogenblik niet mag klagen over zijn politieke populariteit, zou corona nu perfect kunnen inroepen om toch nog maar wat langer de tijd te nemen om brexit uit te werken. De vraag is of Johnson en de Britse politiek zo in elkaar zitten. De kans dat de onderhandelingen hoe dan ook tijdig worden afgerond, is zo goed als onbestaande. De vraag is wel of dat op korte termijn al een reden is voor de Britten om nu al uitstel te vragen (als het al zo genoemd mag worden).
De voorbije dagen deed het pond het goed, zeker tegen de euro. Een groot deel van het ‘coronaverlies’ is goedgemaakt. Of het nieuwe evenwicht (handelsband) voor EUR/GBP nu moet liggen in de 0.89 of 0.85 zone is moeilijk te zeggen. Politiek blijft een binair risico, maar als de recente stijging van het pond (minstens deels) is ingegeven door de hoop dat er snel duidelijkheid komt over één of andere vorm van brexituitstel, dan twijfelen we of dit terecht is. Naast brexit zijn er uiteraard andere factoren zoals de marktvoorkeur voor meer liquide of minder liquide munten. De recente ontspanning speelde in het voordeel van de Britse munt, maar ook dat optimisme kan nog wel eens (tijdelijk) in vraag gesteld worden. Ondanks het positief marktsentiment t.a.v. het pond blijven we GBP-voorzichtig, mede omwille van brexit.