Coronavirus verstoort de rust
Vrijdag zag het er even naar uit dat de markten het coronavirus snel zouden klasseren zoals de Iran-crisis. De berichten uit China dit weekend waren echter niet bemoedigend en de risk-off correctie diept zich uit. Bijkomende ‘moeilijkheid’ is dat de markt die richting zou moeten geven i.v.m. het coronarisico, de Chinese markt, deze week gesloten is. We minimaliseren de gevolgen niet, maar de huidige beweging is niet enkel een reactie op de negatieve economische impact van het virus, binnen en buiten China. Ze zegt ook iets over de positionering en de ‘mindset’ op de markten. Vorige week hadden we het nog over de extreem lage vergoedingen voor markt- en andere risico’s. Als dat risico dan toch onverwacht opduikt, zorgt het voor koude rillingen en het bijsturen van posities.
Eerst even naar de gevolgen voor de groei. Die zijn moeilijk in te schatten in dit vroege stadium van het virus. Schattingen over de impact van SARS in 2003 suggereren dat het de Chinese groei dat jaar met ongeveer 0.8% verlaagde. Sectoren als transport en kleinhandel kunnen tijdelijk hard getroffen worden. Voor de landen buiten Azië, zoals Europa en de VS, zou de blijvende impact beperkt moeten zijn. Anderzijds is de bijdrage van China tot de wereldgroei sinds 2003 wel fors toegenomen. De hoop dat 2020 een jaar zou worden met minder ‘eventrisico’, krijgt na de Irancrisis al een tweede knauw. Die ‘ontgoocheling’ laat nu duidelijk zijn sporen na in het marktsentiment.
Op verschillende markten worden eerste technische steunniveaus doorbroken. De opwaartse trend in de beurzen is een (tijdelijke?) halt toegeroepen. Ook de rentemarkt herpositioneert zich. Eind vorig jaar leefde het idee dat de ‘reflatietrade’ zich kon verderzetten. De matige cijfers eerder deze maand (vooral in Europa) blokten een verdere rentestijging af. Europese en Amerikaanse rentes vielen ondertussen beneden eerste steunniveaus. Het is prematuur om nu er nu al van uit te gaan dat bijvoorbeeld de Fed, omwille van het virus, de rente zal verlagen. De rentecurves worden vlakker. Investeerders voelen zich steeds comfortabeler om de ‘rentecarry’ van langere looptijden op te pikken. Opvallend: ondanks de risk-off blijven investeerders de rentepick-up van perifere EMU-obligaties najagen, getuige de 15-jarige Griekse overheidsobligatie die vandaag geplaatst wordt.
Op de wisselmarkt is het beeld duaal. Munten van kleinere landen met een lagere liquiditeit worden ongenadig afgestraft, ongeacht hun economisch verhaal. De Aussie dollar, de Noorse en Zweedse kroon en de Central-Europese munten (CZK, HUF, PLN) werden gisteren bij het ‘groot huisvuil’ gezet. De Zwitserse frank verstevigt wel tot het sterkste niveau sinds 2017. In de grote muntcombinaties wordt de logische orde van veilige havens gerespecteerd. De yen profiteert het meest. De dollar volgt en de euro bengelt aan de staart van dit selectief peloton. Hier blijft de volatiliteit wel zeer laag vergeleken met de forse beweging in andere markten. Wat die kleine munten betreft, zou je verwachten dat er terug meer discriminatie tussen de sterke en de minder sterke profielen kan komen zodra de spanning afneemt. De marktactiviteit vanmorgen toont dat dit punt nog niet bereikt is. Voorlopig is de boodschap: niet tegen de herpositionering/trend inroeien.