Brexit D-Day: zeker geen V-Day, maar ook geen Mayday
Voor Theresa May bereikt de spanning morgen, 11 december, een hoogtepunt. Het Britse Parlement stemt dan over het Draft Withdrawal Agreement en de Political Declaration tussen de Britse regering en de EU na enkele dagen van woelige debatten. Beide documenten bepalen het kader voor respectievelijk de periode na de brexit, in principe na maart 2019, en de samenwerking op lange termijn tussen de EU27 en het VK. Op dit ogenblik lijkt het bijzonder onwaarschijnlijk dat een meerderheid in het parlement de voorstellen steunt. De vele maanden van politieke chaos eindigen daarmee in een anticlimax. De nederlaag van Theresa May staat in de sterren geschreven, vooral door de grote verdeeldheid binnen haar eigen, conservatieve partij. Toch betekent dit niet onmiddellijk een no-deal of harde brexit. Evenmin krijgen we een politieke grondverschuiving, want niemand wil in de schoenen van May staan. Op basis van amendementen in het Britse parlement kan May opnieuw naar Brussel trekken in de hoop een aantal toegevingen van de EU27 te bekomen. Voorlopig sluit iedereen die heronderhandeling uit, wat uiteraard niet anders kan om het huidige voorstel maximaal kans te geven. Inhoudelijk lijkt er wel bewegingsruimte. Het huidige akkoord is bijzonder positief voor de EU27. Als de EU27 een structureel stabiele relatie met het VK wil, zal de EU27 allicht meer tegemoet moeten komen aan een aantal Britse pijnpunten. Alleen op die manier kan het belangrijkste luik uit de brexitdeal overeind worden gehouden: een vrij handelsverkeer tussen de voormalige EU-partners. Dat is de essentiële voorwaarde om een zware negatieve impact van brexit te vermijden. Daarover is uiteindelijk vriend en vijand, ook binnen het Britse Parlement, het eens.
Intussen tikt de klok. Men kan ervan uitgaan dat de politieke deadline van maart 2019 uiteindelijk flexibel is. Zolang er een kans bestaat om een harde brexit te vermijden, zal men aan beide zijden van het Kanaal liever verder onderhandelen dan de boel opblazen. De druk vanuit de markten zal allicht toenemen. Hoewel de Britse economie momenteel nog altijd in goede doen is (0,6% groei in Q3 tegenover 0,2% voor de Eurozone), verschijnen meer en meer donderwolken boven het VK. De Britse groei kon profiteren van het zwakke GBP waardoor de export sterk bleef. De verlengde hoogconjunctuur in de VS helpt voorlopig eveneens. Maar de zwakkere munt verhoogde de inflatie, terwijl de loongroei beperkt blijft. Ondanks de volledige tewerkstelling daalt daardoor de koopkracht van de Britse gezinnen. Dit zet op termijn niet enkel druk op de consumptiegroei, maar verhoogt ook de politieke druk, zowel vanuit het bedrijfsleven als vanuit de ganse Britse maatschappij. Ondanks alle hoogdravende intellectuele discussies in het Parlement, zal de harde realiteit nog het meest druk zetten op de politici om een oplossing te vinden, waarbij een zachte brexit veel meer tegemoet komt aan de behoeften van de man of vrouw in de straat. Het reële beschikbare inkomen in het VK daalt quasi systematisch sinds het brexit-referendum.
Met een periode van stagflatie in het vooruitzicht, wordt het tijd dat de Britse politici de harde economische realiteit in hun land onder ogen zien: een verarmende Britse bevolking heeft geen baat bij een principiële stellingenoorlog. De deur naar Europa staat nog altijd op een kier. Het is best om de deur zo snel en zo ver mogelijk open te duwen.