Spaanse coalitieregering: voor hoelang?
Het is dan toch gelukt: Spanje heeft een regering, iets waar België nog niet in geslaagd is. Maandag verloor Sanchez zoals verwacht de eerste parlementaire stemming, waarvoor een absolute meerderheid vereist is. Bij de tweede stemronde op dinsdag had de Spaanse premier slechts een gewone meerderheid nodig. Sanchez kon rekenen op de steun van de Baskische onafhankelijkheidspartij PNV en enkele kleine regionale partijen. De Catalaanse separatistische partij ERC onthield zich. Uiteindelijk stemden 167 parlementsleden voor, 165 tegen.
Politiek versnipperd landschap
Door de economische crisis, de Catalaanse kwestie en een scala aan corruptieschandalen is het Spaanse politieke landschap danig versnipperd. De coalitievorming is dan ook zonder meer een doorbraak. Na bijna een jaar van impasse en twee landelijke verkiezingen, krijgt Spanje voor het eerst in pakweg 80 jaar weer een coalitieregering. We juichen echter best niet te snel. Madrid staat immers voor een hobbelig parcours. Premier Sanchez heeft aan veel touwtjes moeten trekken om eindelijk tot een regering te komen waarbij de sociaaldemocratische PSOE en het radicaallinkse Podemos de handen in elkaar slaan om het land te leiden. Het resultaat: een minderheidsregering (155 van de 350 zetels, 21 onder de absolute meerderheid) van linkse signatuur. De hamvraag luidt: hoelang zal het wankele experiment van Sanchez en Iglesias duren? Sanchez staat namelijk voor een immense klus: de premier zal zowel Brussel als Madrid én Barcelona moeten verleiden. Sanchez’ regering steunt op twee pijlers: het bewerkstelligen van een sociale trendbreuk middels het optrekken van het minimumloon, meer belastingheffingen op hogere inkomens en bedrijven, meer arbeidszekerheid, enzovoort. Plannen die forse uitgaven vergen. En dan is er nog de heikele Catalaanse kwestie. Sanchez zal namelijk een tegemoetkoming moeten doen aan ERC die hem in het zadel hielpen in ruil voor dialoog over Catalonië. De steun van de Catalanen door de Spaanse premier is een doorn in het oog van (centrum-)rechts, dat stelt dat het einde van de eenheid van Spanje nu nabij is.
Hoe houdbaar de Spaanse coalitieregering is, zal moeten blijken. De kaarten liggen in ieder geval moeilijk. Ideologisch wijzen de neuzen van de coalitiepartners in dezelfde richting. Maar als de linkse coalitie, die met een flinterdunne meerderheid is gekozen genoeg steun in het parlement wil behouden, zal ze behendig moeten laveren. Om haar beleid te voeren en beslissingen door het parlement te krijgen zal de coalitie steeds een olijftak moeten reiken aan partijen zoals ERC. Als ze die steun niet krijgt, loopt alles snel vast en dreigt de regering weer te vallen. En dan begint de politieke impasse opnieuw…
De markten reageren vrij onverschillig op de nieuwe regering. De Spaanse kredietrisicopremie t.o.v. Duitsland vertoont nauwelijks reactie. (Europese) beleggers stelden zich recent mild op wat politiek risico betreft. Ook wat de Spaanse regering betreft kijken ze de kat uit de boom. Ook een val van de regering hoeft in dit geval geen grote gevolgen te hebben. Het wordt wel interessant om de marktreactie te zien indien Sanchez sommige van zijn dure beleidsplannen door het parlement tracht te loodsen. In dat scenario kan de kredietpremie voor Spanje wel wat oplopen. Zo ver zijn we echter nog niet.