Politiek en economisch Amerika in de kijker
De globale economie bevindt zich al een tijdje in een laat-cyclische fase. De omslag anticiperen is op dit moment zowat de belangrijkste taak van menig analist. Het is begrijpelijk dat de markten om die reden bijzondere aandacht hebben voor allerlei vertrouwens- en activiteitsindicatoren die de economische omgeving duiden. De kalender licht deze week alvast een nieuw tipje van de sluier op.
De overgang van het derde naar het vierde kwartaal breekt allicht weinig potten. Vanmorgen publiceerde China de toonaangevende PMI’s voor de maand september. Ze peilen naar het vertrouwen onder de aankoopdirecteurs. Het goede nieuws is dat het bedrijfsvertrouwen in de ‘vooroplopende’ verwerkende nijverheid niet langer daalt (49.8 vs. 49.5 in augustus). Minder positief is dat de Chinese maakindustrie zich wel nog steeds in contractiegebied (PMI < 50) bevindt.
Morgen komt de VS te beurt met het gelijkaardige ISM-bedrijfsvertrouwen. De deelreeks voor de verwerkende nijverheid belandde vorige maand beneden de 50-grens (49.1) en dat wekte heel wat animo in de financiële media op. Beleggers rekenen voor september op een licht herstel tot 50.1. Donderdag krijgen we zicht op de toestand in de binnenlandse dienstensector, tot nog toe de sterkhouder van de Amerikaanse economie. In de eurozone toont die al tekenen van ‘besmetting’ door de maakindustrie. De markt houdt voorlopig nog geen rekening met dergelijk scenario voor de VS: de consensuslat ligt op een solide 55.0. De lakmoesproef voor de Amerikaanse economie volgt vrijdag met het arbeidsmarktrapport. De afgelopen maanden viel de jobcreatie onder het gemiddelde (+- 200k) uit. De markten verwachten voor september niet anders (145k). De lonen dikken waarschijnlijk aan met 3.2% j/j. Dat is meer dan de inflatie en in theorie dus positief voor de Amerikaanse consument.
Ook politiek Amerika laat meer dan ooit sporen na op de economie. We denken hierbij in eerste instantie aan het Amerikaans-Chinees handelsconflict. Afgelopen vrijdag lekte een rapport waarin de VS onder meer zou overwegen om China van de Amerikaanse beurzen te weren. Een Amerikaanse verantwoordelijke voor de schatkist ontkende het bericht later, maar waar rook is … Ook het jarenlange dispuut tussen de VS en Europa i.h.k.v. vermeende staatsteun aan Airbus staat deze week opnieuw op de radar. De Wereldhandelsorganisatie (WHO) velt daaromtrent vandaag waarschijnlijk haar oordeel. Ongeacht de uitkomst, het doet allicht weinig goed aan de onderlinge (handels)relaties. Daarnaast is de presidentiële afzettingsprocedure nog steeds hangende. Het hoeft geen betoog dat al die politieke onzekerheid (nu al) weegt op het sentiment en economisch klimaat. We volgen de ontwikkelingen van dichtbij op.
De relatief drukke week met een vrij kalme start vandaag houdt beleggers wellicht eerder afzijdig. De rentes zijn momenteel lichtjes opwaarts georiënteerd, de Europese beurzen noteren quasi onveranderd. Ook op de wisselmarkt wachten investeerders economische (en eventueel politieke) duidelijkheid af. EUR/USD bevindt zich rond het jaardieptepunt. We zien voorlopig weinig redenen om tegen de neerwaartse trend in te roeien. Als de Amerikaanse cijfers later deze week geen negatieve verrassing opleveren, is de weg naar het zuiden die van de minste weerstand. We markeren in dat geval de steunzone tussen 1.0778 en 1.0821.