Eentje om op te volgen: de neushoornobligatie
Gisteren sierde een opvallend artikel de voorpagina van de zakenkrant Financial Times. Onderwerp: de zwarte neushoorn. Meer bepaald: een waarschijnlijke uitgifte (begin 2020) van een obligatie om het behoud van de dieren te vrijwaren. Investeerders ontvangen een coupon als de populatie neushoorns stijgt over de looptijd van de obligatie. Het percentage hangt af van de grootte van de populatiegroei. Instinctieve reactie: komkommertijd. Toch hechten we belang aan het artikel. We leren dat er dringend maatregelen nodig zijn om de overlevingskansen van de zwarte neushoorn gaaf te houden, maar vooral ook dat de obligatie een zoveelste (laatcyclische?) uiting is van de globale zoektocht naar rendement. Absolute renteniveaus en kredietrisicopremies op overheids- en bedrijfsobligaties zijn zo laag geworden dat investeerders hun horizont verruimen. Eerder haalden we in deze column het succes van de 100-jarige Oostenrijkse overheidsobligatie aan. De neushoornobligatie – die op de koop toe getrancheerd is en zo een rangorde bepaalt voor terugbetaling onder investeerders – of het gemak waarmee Griekenland deze week €2.5 miljard obligaties verkocht op een looptijd van 7 jaar passen in hetzelfde rijtje. Een verre echo naar een periode waarin CDO’s en catastrofe-obligaties (uitbetaling coupons zolang er geen natuurrampen plaatsvinden; welkom in het casino van moeder natuur) hip waren?
Markt gelooft BoC niet
De Canadese centrale bank hield de beleidsrente vorige week ongewijzigd op 1.75%. Gouverneur Poloz probeerde de markt te overtuigen dat het handelsconflict niet tot renteverlagingen zou leiden, maar slaagde niet in zijn opzet. Op basis van de kortetermijnrentemarkt bedraagt de kans op een renteverlaging dit jaar ongeveer 1 op 3. De Canadese 2-jaarsrente (1.5%) zakte na de BoC-vergadering verder beneden de beleidsrente (1.75%). De Canadese dollar verloor terrein onmiddellijk na de persconferentie, maar de beweging werd ongedaan gemaakt door een nog zwakkere Amerikaanse dollar.
BoC Poloz zweert in tegenstelling tot zijn Amerikaanse functiegenoot Powell bij een orthodoxe aanpak in plaats van de verzekeringsstrategie. Concreet verwacht Poloz dat de Canadese inflatie in een handelsconflict zal stijgen omwille van de negatieve aanbodschok en een zwakkere munt (lagere groei, lagere olieprijs). In die context van hoge inflatie moet de centrale bank haar inflatiedoelstelling bewaken eerder dan de economie te bufferen. Powell zweert dan weer bij een renteverlaging als economische verzekering. De expansie draaiende houden is het hoogste doel van de Fed. Ondanks Poloz’ betoog, inclusief sneer naar de obligatie/rentemarkten die de complexiteit van het handelsdispuut niet/fout inschatten, bevatte de beleidsverklaring van de BoC toch enkele verwijzingen naar verhoogde voorzichtigheid. De globale BBP-groei werd neerwaarts bijgesteld voor dit jaar (3% van 3.2%) en volgend jaar (3.1% van 3.2%). De BoC schat de Canadese groei dit jaar in op 1.3% (tov 1.2%) en volgend jaar op 1.9% (tov 2.1%). De risico’s rond deze vooruitzichten liggen in de balans, maar een escalatie van het handelsconflict is het voornaamste, neerwaartse, risico. Die disclaimer kwam meermaals voor in de verklaring en persconferentie.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal