Amerikaanse inflatie blijft koppig hoog
Data geven Fed gelijk om anti-inflatiecampagne voorlopig niet te milderen
Het Amerikaanse inflatiecijfer voor augustus was, samen met de kleinhandelsverkopen donderdag, de laatste belangrijke input voor de Fed-vergadering van volgende week. De markt rekende op een beperkte daling van de algemene inflatie omwille van lagere bandstoffenprijzen. Op zich hoefde dat in principe geen reden te zijn voor de Fed om af te zien van een derde opeenvolgende verhoging met 75 bpn. Misschien kon een vertraging wel het pad effenen voor een iets minder scherp Fed-optreden later dit jaar. De kosten voor brandstoffen (gasoline -10.6% M/M) en transport (-2.3%) daalden inderdaad aanzienlijk, maar dat werd meer dan gecompenseerd door een brede stijging in andere producten en diensten. Onder meer de prijzen voor huisvesting (+0.8%) en voedsel (+0.8%) liepen vorige maand opnieuw fors op. Ondanks de daling van transport en brandstoffen nam het algemeen prijspeil in augustus nog lichtjes toe (0.1% M/M). Het j/j cijfers vertraagde daardoor slechts van 8.5% tot 8.3%. De kerninflatie stak nog een stevige tand bij en versnelt tot 0.6% M/M en 6.3% j/j (was 5.9%).
De conclusie lag voor de hand. De Fed heeft het gelijk aan haar zijde wanneer ze aangeeft haar anti-inflatiecampagne zonder verpinken aan te houden.
De Amerikaanse 2-j rente stijgt meer dan 15 bpn en zet een nieuwe cyclische top nabij 3.75%. De technische zone nabij 3.50% die de prijsbeweging recent afremde is nu duidelijk doorbroken en suggereert verder opwaartse potentieel. De 2j.-swaprente gaat zelfs boven 4%. De Amerikaanse rentecurve vervlakt verder, maar ook de 10-j rente (3.45% + 9bpn) nadert de cyclische top (3.49%). De beweging in de VS trekt ook de Europese rentes mee. Ook de 2-j euro swap zet een nieuwe top (2.36%, +11 bpn). Als de EMU-inflatie even koppig blijft als in de VS heeft ook de ECB nog heel wat werk voor de boeg.
De forse opstoot in de korte Amerikaanse rentes (en een opnieuw oplopende renteverschil) maken ook een einde aan de USD correctie van de voorbije dagen. De handelsgewogen DXY index stijgt meer dan 1.0% (109.5). Ook voor EUR/USD is het terug naar af. Voor de publicatie van de Amerikaanse CPI noteerde de muntcombinatie in de buurt van 1.0175. Ondertussen is het opnieuw spartelen om pariteit niet prijs te geven (1.0025). Het perspectief op verdere monetaire verstrakking is slecht nieuws voor de beurzen. Na een voorzichtig herstel de vorige dagen opent de S&P met een verlies van 2.25%. Nasdaq gaat bijna 3.0% in het rood.