Europese herstel meer dan op koers
Hoeveel steun heeft deze economie nog nodig?
De eerste schatting van het EMU PMI-vertrouwen voor februari bracht een quasi perfect rapport. Europa laat de omikron-dip, als we die al echt zo mogen noemen, achter zich. Vooral de dienstensector (55.8 vs 51.1) pronkte met het verhoopte herstel van de activiteit nu beperkingen omtrent omikron langzaam maar zeker worden afgebouwd. De activiteit in de verwerkende nijverheid handhaaft zich op een meer dan solide niveau (58.4 van 58.7). In die laatste sector waren er ook eerste schuchtere tekenen dat de aanbodproblemen iets minder nijpend worden. Dat alles resulteert in een stevig globaal herstel (composite 55.8 van 52.3). Zowel voor de dienstensector als voor de verwerkende nijverheid blijft de vraag sterk. Dat uit zich in toenemende orders (hoogste in acht maand). Hierdoor blijven de orderboekjes goed gevuld en duurt het relatief lang voor die orders ook kunnen worden afgewerkt. Ondanks die tekenen van iets afnemende druk in (sommige) aanvoerkettingen, blijft de prijsdruk groot, vooral in de dienstensector, onder meer door hoge energieprijzen maar ook door hogere lonen. De bedrijven blijven versneld mensen aannemen in de mate dat er voldoende arbeidskrachten beschikbaar zijn. Ze rekenen hogere kosten ook steeds meer en vlotter door aan de eindverbruiker. Voor de dienstensector noteerde deze deelreeks een absoluut record in het bestaan van de bevraging. De verwerkende nijverheid is daar nog maar een fractie van verwijderd.
Er waren enige nuanceverschillen tussen Duitsland en Frankrijk. Bij de eerste neemt het herstel in de verwerkende nijverheid een adempauze na een sterke prestatie in januari. Met een index van 58.2 is er hoe dan ook weinig reden tot klagen. De Duitse dienstensector stak wel opnieuw een tandje bij (56.6 van 52.2) en bracht de groei van het algemeen activiteitsniveau naar het hoogste peil in zes maanden. In Frankrijk schakelden zowel de verwerkende nijverheid als de dienstensector een naar een hogere versnelling. De algemene composite index klokte er af op het hoogste niveau in 8 maanden (57.4).
De PMI vertrouwensindicatoren zijn zonder meer goed nieuws voor de Europese economie. De verstoringen omwille van corona zijn zeker nog niet allemaal verteerd, maar er zijn toch steeds meer tekenen van een vraag-gedreven, klassiek cyclisch herstel, inclusief krappere arbeidsmarkt en hogere lonen. Het zijn niet enkel meer externe kosten die aan de eindklant worden doorgerekend. De eventuele argumenten om het beleid niet te normaliseren wegen alsmaar minder zwaar. We spreken steeds meer over ‘gewone’ cyclische inflatie en mogelijke tweede-ronde effecten. De rentes in Europa herstellen vanmorgen 2 tot 4 bpn, maar dat heeft meer te maken met het verbeterd risicosentiment rond Oekraïne, eerder dan de PMI’s. De analyse over steeds meer cyclische inflatie verandert daardoor wel niet.