
Duidelijkheid vs onzekerheid
Uit het departement: “Liberation Day”

“Liberation Day”. Amerikaans president Trump doopte 2 april om in een dag van bevrijding. Bevrijding van de economische oorlog die, volgens Trump, elk land met een handelsoverschot met de Verenigde Staten voert. Op die dag des oordeels kondigt hij een reeks invoerheffingen aan die een einde moeten maken aan de oneerlijke concurrentie en alle (niet-)tarifaire handelsbelemmeringen die tot dat onevenwicht leiden. De datum nadert en de financiële markten staan op scherp. Onzekerheid is groot en zorgt de laatste dagen voor chaotische handel. De wispelturige aard van de Amerikaanse president doet daar geen goed aan. Zo vervroegde deze week de timing van al eerder aangekondigde heffingen op koper, weliswaar nog altijd zonder een concrete datum. De prijs van het metaal trok naar nieuwe records.
Gisteren loste de man een nieuw schot. Er komt een heffing van 25% op alle auto’s en auto-onderdelen die niet uit een Amerikaanse fabriek rollen. De beslissing gaat in vanaf 2 april, is zonder uitzonderingen, permanent en komt bovenop al eventueel andere bestaande tarieven. Het officiële communiqué vond gisteren pas na sluiting van de Amerikaanse handel plaats maar het nieuws hing wel al in de lucht. Dat uitte zich Pavlov-gewijs in slappe beurzen (vooral in de VS), marginaal lagere (Europese) rentes en een verzwakkende euro tegen een breed verstevigende Amerikaanse dollar.
Maar wat vanmorgen tijdens de Aziatische en vroege Europese handelsuren gebeurde is merkwaardig. De inhaalbeweging van de Europese aandelenmarkten met Wall Street gisteren ontlokt een lagere opening van de EuroStoxx50 met 1.4%. De autosector is begrijpelijk kop van jut (-3.7%). Maar op die koersval volgden geen vervolgverliezen, wel integendeel. De teller staat ondertussen op -0.6%. Een gelijkaardige beweging voltrekt zich in de rentemarkt. Vooral het lange eind van de Europese rentecurve doorstaat de risicoaversie goed. Het korte eind schuift ondertussen steeds meer op richting ons ECB-voorkeursscenario van een (finale) renteverlaging in april. En de euro? Daar is het alsof er niks gebeurde. EUR/USD (1.077) rechtte vanmorgen meteen de rug en wist daarmee het gros van de eerdere verliezen uit.
Dat geeft meteen aan hoeveel de markt al van Trump’s volcontinue tariefdreiging in rekening brengt. Maar minstens even belangrijk is de ironische opluchting gekoppeld aan het effectief hardmaken van die dreiging. Het verandert de sluimerende onzekerheid namelijk in risico’s. Markten kunnen onzekerheid niet prijzen, vandaar hun grote afkeer. Risico’s daarentegen zijn perfect kwantificeerbaar. Duidelijkheid, ook al is ze ongemakkelijk, primeert altijd over het onbekende. Zeggen dat Liberation Day voor de Europese financiële markten (en die van andere regio’s) hiermee een non-event wordt, gaat te ver. Maar wie het wil, put moed uit de beweging van vandaag.
In afwachting van 2 april gaat de aandacht eerst nog even naar de Amerikaanse markten. Straks publiceert de niet-partijgebonden begrotingswaakhond van de VS (CBO) de nieuwe langetermijn-voorspellingen van de publieke financiën. De situatie gaat van kwaad naar erger en dat zal ook zo uit de update van het CBO blijken. In de mate dat het vragen over de budgettaire houdbaarheid oproept, behoren de dollar en Amerikaanse (langetermijn)overheidsobligaties (bv. op 10 jaar) tot de eerste slachtoffers.
EUR/USD: nieuw tariefschot is voorlopig een schampschot i.p.v. voltreffer
