Jordan roept CHF-correctie halt toe

Sinds het begin van dit jaar kreeg de Zwitserse frank het knap lastig tegenover zijn concurrenten. Op een handelsgewogen basis verloor de munt al ongeveer 7%. Wie er de grafiek even bij haalt, ziet meteen dat een depreciatie van dat formaat veel meer de uitzondering dan de regel is. Bij de Zwitserse centrale bank (SNB) gaan er alvast enkele gevarenlampjes pinken.
We schrijven drie januari, 2024. EUR/CHF sluit op 0.927. Het is het sterkste niveau ooit van de Zwitserse frank t.o.v. de euro (abstractie gemaakt van de nog sterkere dagkoersen in de zeer volatiele periode net na de afschaffing van het CHF-plafond in 2015). De sterke munt was onder andere het resultaat van een orthodox monetair beleid van renteverhogingen & CHF-aankopen en een gunstiger inflatieverloop. Zelfs op het moment dat inflatie het hardst beet (midden 2022) was de reële beleidsrente in Zwitserland aanzienlijk minder negatief dan in de eurozone (-3.75% vs -9%). Een jaar later werd ze zelfs voorzichtig positief. De eurozone volgde dat voorbeeld pas eind 2023.
De SNB is niet vies van een sterke munt maar in de loop van 2024 begon ze zich toch zorgen te maken. De CHF-versteviging ging te hard en bedrijven klaagden over het verlies aan competitiviteit in een context van al vertragende (wereld)groei. Het is tegen die achtergrond dat de SNB in maart besliste om de rente als eerste van de geavanceerde wereld met 25 basispunten te verlagen tot 1.5%. In de vrije vertaling van de flankerende beleidsverklaring zei de SNB dat als de munt niet snel en genoeg verzwakt, ze ofwel zelf geld op tafel legt (wisselkoersinterventies) of in juni het mes een tweede keer in de rente zet. De Zwitserse frank handelde toen al een stuk zwakker dan in januari (EUR/CHF <0.97) en vervolgde sindsdien het traject lager. Vorige week steeg EUR/CHF voor het eerst sinds een jaar opnieuw boven 0.99 uit. De laatste spurt hoger komt voornamelijk op het conto van een gevoelige rentestijging op de kernmarkten (VS, Duitsland). Het hoger-voor-langer adagio daar contrasteert met de Zwitserse situatie.
Voor Jordan hoeft de munt van hieruit niet veel verder te verzwakken. Volgens de SNB-voorzitter is het CHF-parcours zelfs een belangrijke reden voor de recent “versnellende” inflatie (1.4% in april). Jordan verwees naar de mogelijkheid tot CHF-aankopen om dat te counteren. Maar de meer elegante oplossing ligt in het rentebeleid. Voor de vergadering van 20 juni zien we twee mogelijke pistes. Ofwel verlaagt de SNB de beleidsrente met 25 bpn maar hint ze op een zeer lange pauze daarna. Een test van EUR/CHF pariteit is dan niet uitgesloten, al verwachten we geen volgehouden breuk hoger. In ons voorkeursscenario blijft de beleidsrente ongewijzigd op 1.5% en neemt de SNB een afwachtende houding aan. De potentieel hogere evenwichtsrente waar Jordan in een adem naar verwijst, pleit voor deze strategie. Het helpt bovendien om de (reële) rentekloof met de ECB, die in juni de rente wél zal verlagen, te verkleinen in het voordeel van CHF. In dit geval ligt het correctieve dieptepunt van de Zwitserse frank waarschijnlijk al achter ons. Het pad dat de markt bewandelt is alvast duidelijk, daar hoeft u er opnieuw enkel maar de grafiek bij te halen. Vanuit technisch oogpunt zien we een eerste relevante horde in de CHF-tegenbeweging in de buurt van 0.967.
EUR/CHF: voor Jordan hoeft de CHF niet meer te verzwakken.
