Markten incasseren derde Russische klap

Sinds vorige week maandag worden markten voor een derde keer verrast in het geopolitieke conflict rond Oekraïne en Rusland. De eerste klap – de Russische “vredesmissie” in het Donetskbekken – verteerden ze de dag zelf nog. De tweede slag – de Russische inval in Oekraïne – kwamen ze één dag later al te boven. De derde pandoering kwam er vanochtend na de Russische nucleaire dreiging. Opnieuw is Europese risicoaversie de initiële marktrespons. Hoe ver dragen de bewegingen deze keer? Het buikgevoel suggereert dat de globale markten ook deze opdoffer zullen te boven komen. De periode van verhoogde volatiliteit sleept wel aan.
De inzet rond de oorlog in Oekraïne is nog wat opgedreven. Het westen voerde dit weekend de strengste economische sancties door tegen Rusland. Vergelijk het met een financieel embargo die alle kredietlijnen van en met het land doorknipt. Die sancties lokten een onverwachte reactie uit van Russisch president Poetin, vermoedelijk omdat zijn offensief op meer tegenstand botst dan gedacht. Het snel installeren van een pro-Russisch regime in Kiev is min of meer mislukt. Als een kat in het nauw gaf hij het bevel om de nucleaire divisie in staat van paraatheid te brengen. Tegelijkertijd starten vredesgesprekken met Oekraïne om een oplossing te zoeken uit deze lose-losesituatie.
Europese beurzen verliezen vanochtend opnieuw zo’n 3%. Ze noteren voorlopig wel nog zo’n 2% boven de dieptepunten van vorige week. Europese swaprentes verliezen tot 5 basispunten. Ook hier blijven de laagste niveaus van vorige week overeind en luidt de conclusie nog steeds dat de rentecorrectie (lager) veel kleiner is dan de schade op de beurzen. Het inflatiemechanisme is de belangrijkste verklarende factor. Via hogere grondstoffen - en in het bijzonder energieprijzen - vergroot het westerse inflatieprobleem. De markt houdt er nog steeds rekening mee dat die prijsdruk vanuit het standpunt van de centrale bank opweegt tegen de neerwaartse groeirisico’s, al sluipt er wat twijfel in. De onderliggende rentedynamiek toont dat inflatieverwachtingen de trekkersrol hebben overgenomen van de reële rente, vooral in Europa.
Op de wisselmarkt gaat de Russische roebel volledig onderuit na de westerse isolatie. De munt verloor initieel meer dan 30%. De Russische centrale bank zette vanochtend al alle zeilen bij met een onverwachte renteverhoging van 9.5% tot 20%. USD/RUB noteert boven het 100-niveau, met voorsprong de zwakste RUB-koersen uit de geschiedenis. Onder de grote munten speelt de dollar vanochtend met de beste kaarten. De handelsgewogen greenback (DXY) stijgt opnieuw boven 97, maar tot een breuk boven de januari- en februaritoppen (97.44/74) komt het niet. Hetzelfde geldt voor de daling van EUR/USD waarbij de 1.1121/06 steunzone gevrijwaard blijft. EUR/CHF daalt opnieuw af richting 1.03, de sterkste CHF-koers sinds 2015. Voor de Centraal-Europese munten is de schade een pak groter. Hun regionale economische en financiële banden met Rusland spelen hen parten. EUR/CZK stijgt richting 25. De Poolse zloty en Hongaarse forint noteren aan bodemkoersen rond respectievelijk EUR/PLN 4.70 en EUR/HUF 370. Het maakt er de inflatiekruistocht van de lokale centrale banken niet makkelijker op.
Mathias Van der Jeugt, KBC Marktenzaal
EuroStoxx50 (intradag grafiek): drieklapper voor de beurs
