MNB neemt een (berekend?) risico
De centraal-Europese centrale banken (Tsjechië, Hongarije, Polen) begonnen hun verstrakkingcyclus 9 maanden tot een jaar vroeger dan de ECB. Omwille van de (veel) hogere inflatie en soms ook druk op de munt trokken ze de rente sneller en forser op. Inflatie blijft nog aanzienlijk boven de doelstelling, maar koelt af. De combinatie van een hogere nominale beleidsrente en dalende inflatie opent perspectief op een positieve reële rente en is een indicatie dat de monetaire verstrakking zijn werk doet. Dat is voor de centrale banken het moment om over te gaan tot een rentedaling (Polen, Hongarije) of om het raamwerk voor versoepeling klaar te zetten (Tsjechië). In die context verlaagde de Hongaarse centrale bank (MNB) haar beleidsrente dinsdag met 75 bpn tot 12.25%.
De context in Hongarije was de voorbije twee jaar complexer dan elders. De MNB vond dat een beleidsrente van 13% volstond om op termijn inflatie onder controle te brengen ook al bereikte die een piek van 25%. De markt dacht daar anders over. De forint betaalde de prijs en de MNB nam noodmaatregelen om de financiële stabiliteit te verzekeren (lees: de val van de forint te stoppen) in de vorm van een nood(daggeld)rente van 18%. Na een geleidelijke afbouw tot 13% verdween dat instrument vorige maand. Het MNB beleid zit nu opnieuw op een normaal pad al blijft behalve inflatie ook financiële stabiliteit een belangrijke overweging.
De Hongaarse economie bevindt zich als sinds het derde kwartaal van vorig jaar in een krimpscenario. De MNB verwacht dit jaar een groei tussen -0.5% en 0.5%. Voor volgend jaar zet ze in op beterschap (3-4%). Die activiteitskrimp vertaalt zich geleidelijk in een inflatieafkoeling (12.2% in september). De driemaands dynamiek in de kerninflatie is teruggevallen tot 4% op geannualiseerde basis. De algemene inflatie kan eind dit jaar dalen tot 7-8%. De MNB rekent op een gemiddelde inflatie van 4%-6% volgend jaar en 2.5%-3.5% in 2025. De reële beleidsrente is al marginaal positief en dat loopt naar verwachting de volgende maanden op.
Inzake financiële stabiliteit legt de MNB de nadruk op de forse verbetering van de lopende rekening van de betalingsbalans die rode cijfers achter zich laat. Dat is positief voor de munt. Die deed het goed in de aanloop naar de rentebeslissing. EUR/HUF 380 is voor de MNB een aanvaardbaar niveau. Het (klein) voorschot dat de MNB nam op de verhoopte inflatiedaling met een iets grotere renteknip dan verwacht (75 bpn vs 50 bpn), duwde de forint gisteren en eergisteren wel in het defensief (EUR/HUF 384-385).
We verwachten dat de MNB de rente ook in november en december met 75 bpn verlaagt als de inflatiecijfers en de forint het toelaten. De reactie van de forint (zwak/sterk) bepaalt of een kleinere/grotere stap nodig/mogelijk is. De MNB moet uitzoeken welk niveau van reële rente voldoende is om de forint stabiel te houden. 2% (of iets meer) is een minimum, zeker als de rentes in de kernlanden hoog blijven. Een ietwat voluntaristische aanpak (liever iets forsere renteverlagingen) van de MNB kan EUR/HUF opnieuw richting 390 eerder dan 380 brengen.