Zomereditie S&P500 krijgt er frisdrankgroep bij

Bij het begin van de zomer krijgt de S&P500 zoals steeds een lichte opfrissing. De Amerikaanse beursgraadmeter telt daarbij met ingang van 21 juni immers twee nieuwkomers in de rangen: Keurig Dr Pepper en On Semiconductor. Ze nemen de plaats in van Under Armour en van IPG Photonics die naar de S&P Midcap 400 degraderen. De opname in een toonaangevende index als de S&P500 is doorgaans goed nieuws voor bedrijven die daarmee aan zichtbaarheid bij de beleggersgemeenschap winnen. Voor Keurig Dr Pepper en On Semiconductor betekende dat maandag een koerswinst van zo’n 5%. Volgens een studie van McKinsey is het indexeffect meestal echter maar van korte duur.

Morgen krijgt VICI Properties een plaats binnen de S&P500 en dankt die eerder aan de overname van een ander S&P500-lid, Cerner, door Oracle. De toevoeging van Keurig Dr Pepper en On Semiconductor heeft echter te maken met de aanpassingen die ervoor moeten zorgen dat de S&P500, S&P MidCap 400 en S&P SmallCap 600 representatief zijn voor hun marktkapitalisatiebereik. Under Armour en IPG Photonics waren in dit verband een maatje te klein geworden.

Een korte kennismaking met de nieuwkomers leert dat Keurig Dr Pepper een conglomeraat is van dranken en drankenproducenten. De groep bedient klanten, met koffie, thee en frisdranken. Dr Pepper is daar één van, maar bij ons zijn Canada Dry en 7Up ongetwijfeld bekendere namen. De groep heeft een marktkapitalisatie van zo’n 52 miljard dollar. Met 28,7 miljard dollar is On Semiconductor een maatje kleiner. Zoals de naam het al doet vermoeden is de groep actief op het vlak van halfgeleiders. De groep had ook in ons land, meer bepaald in Oudenaarde, een vestiging. De productie-eenheid, die zich richt op halfgeleiders voor de auto-industrie, werd begin dit jaar verkocht aan een investeringsgroep.

Het nieuws dat aandelen in een belangrijke index worden opgenomen is traditioneel goed nieuws. En zeker van het kaliber van de S&P500. Die wordt immers gezien als de benchmark voor grote Amerikaanse aandelen en is een van de belangrijkste graadmeters ter wereld voor de aandelenmarkt. Veel vermogensbeheerders worden afgerekend op hun prestaties ten opzichte van de S&P en worden dus gestimuleerd om de index zoveel mogelijk te volgen. Heel wat indexfondsen zijn bovendien ook gekoppeld aan de index en zullen met andere woorden automatisch stukken van de nieuwkomers toevoegen. Dat positief effect is doorgaans echter maar van korte duur. Een studie van McKinsey, weliswaar uit 2004, leerde dat het positieve effect na zo’n 45 dagen is uitgewerkt. Dat geldt zowel voor de winst voor de nieuwkomers; als voor het verlies voor de vertrekkers.

McKinsey kwam destijds tot de conclusie dat bedrijven hun een strategie moeten plannen en uitvoeren, ongeacht of het hen uitsluit van een belangrijke index of dat ze toegang krijgen tot een index. Niettemin, opname in één van de belangrijkste indexen ter wereld is voor heel wat bedrijven en hun CEO’s een belangrijke prestigegraadmeter. Toen Tesla recent uit de S&P500 ESG index werd gezet, veroorzaakte dat flink wat verontwaardiging bij Elon Musk. Daarnaast werden de aandelen van Amazon.com begin deze week gesplitst, waardoor de aandelen mogelijk postuleren naar een plaats binnen de prestigieuze Dow Jones. Aan de niveaus voor de splitsing was dat onmogelijk voor Amazon.com omdat de Dow Jones een prijsgewogen index is en big-ticket aandelen, genre Amazon.com, moeilijk te verteren zijn.