Pond in (technisch) niemandsland
Uit het departement: “Doelloos ronddobberen”
Sinds eind oktober waren we getuige van een stevige rentecorrectie, wat meestal maakt dat kleinere en/of minder liquide munten ademruimte krijgen. Dat manifesteerde zich onder meer in de Aussie en de Kiwi dollar. De Britten zullen er waarschijnlijk anders over denken, maar ook het pond behoort eerder tot die categorie. Toch kon die zich niet in de kijker spelen. Het dobbert zelfs doelloos rond.
Sinds eind oktober waren we getuige van een stevige rentecorrectie. De markt hoopt dat een verdere inflatie-afkoeling samen met stagnerende groei de Fed toelaat om de rente snel en fors te verlagen. Algemeen soepelere monetaire condities zorgden voor een zwakkere dollar. Een tweede afgeleide van deze marktdynamiek is meestal dat kleinere en/of minder liquide munten ademruimte krijgen. Dat manifesteerde zich onder meer in de Aussie en de Kiwi dollar. Ook een aantal ‘satellieten’ van de euro die het eerder vorig jaar zeer moeilijk hadden (Zweedse & Noorse kroon) wonnen wat terrein terug. De Britten zullen er waarschijnlijk anders over denken, maar ook het pond behoort eerder tot die categorie. Toch kon de Britse munt zich niet in de kijker spelen. EUR/GBP dobbert doelloos rond in de zijwaartse handelsband tussen 0.8493 en 0.8768.
Op de beleidsvergadering van 14 december bracht de Bank of England nochtans een aanzienlijk verschillende boodschap dan de Fed. Bailey en co hielden de rente onveranderd op 5.25%, maar drie van de negen raadsleden wilden nog een bijkomende verhoging om vooral de koppig hoge diensteninflatie sneller in te tomen. Het pond hield in de tweede helft van vorige maand stand tegen een zwakke dollar, maar gaf toch terrein prijs tegen de euro. Ondanks de standvastigheid van de BoE had de (wissel)markt net iets meer vertrouwen dat de ECB minder snel in de verleiding zal komen om de Fed te volgen. Onverwacht betere Britse inflatiecijfers voor november (hoofdinflatie: -0.2% m/m en 3.9% j/j van 4.6%; kerninflatie 5.1% j/j van 5.7%) bevestigden dat gevoel alleen maar. De monetaire duiven hadden in december geen poot om op te staan, maar wie zegt dat het debat op de vergadering van begin februari al niet opnieuw over versoepeling zal gaan? De ervaring leerde al meermaals dat een aantal BoE-raadsleden, waaronder voorzitter Bailey, niet veel nodig hebben om hun retoriek aan te passen. Als de inflatie afkoelt, wint al snel de redenering dat het beleid de groei niet nodeloos moet afremmen. Met die groei valt het afgemeten aan de december PMI’s overigens nog mee (52.1).
In eindejaarshandel testte EUR/GBP even de kaap van 0.87, vooral door een relatief sterke euro, maar tot een test van de eerste echt belangrijke weerstand (0.8768, top november) kwam het niet. De EUR/GBP combinatie bevindt zich ondertussen opnieuw in ‘technisch niemandsland’ (0.8620 zone).
Op langere termijn blijven we sceptisch over het pond. Zeker in een context waar de Fed een versoepeling van het beleid voorbereidt (of eventueel een eerste stap zet) is het risico groot dat de Bank of England de ‘last mile’ in de anti-inflatiemarathon niet uitloopt en de rente al verlaagt voordat duidelijk is dat de kern/diensteninflatie blijvend naar 2% terugkeert. De BoE kan waarschijnlijk ook leven met een relatief iets zwakkere munt om hogere binnenlandse kosten te compenseren. Op korte termijn verwachten we (of moeten we zeggen “vrezen we”) meer zijwaartse handel in de EUR/GBP 0.85-88 zone. Een eventuele terugkeer richting 0.85, als die er al komt, moet in de eerste plaats komen van eurozwakte, eerder dan van intrinsieke GBP-sterkte.
EUR/GBP: 0.85/0.88 handelsband gidst de handel.
Bron: Bloomberg