Mee met de markt: “Bescheiden risk-off beweging”

De markten begonnen de week met een door China geïnspireerde, weliswaar bescheiden, risk-off beweging. Bescheiden beursverlies, wil dat zeggen. De reactie van de autoriteiten op een nieuwe golf van Covid-besmettingen deed vragen rijzen over een versoepeling van het nul-Covid-beleid van het land. Die sentimentsverandering illustreert netjes dat de recente risicorally dan wel ondersteund wordt door rentehoop, maar vooral erg fragiel blijft. Zal de Chinese productie/vraag zich herstellen zoals gehoopt? Zal een minder strenge Europese winter een scherpe economische terugval voorkomen? Zal de mondiale groei de verhoopte zachte landing maken ondanks strengere mondiale monetaire voorwaarden? De antwoorden op deze en andere vragen blijven hoogst onzeker en kunnen onmiddellijk veranderen. 

In die context was het glas voor risicovolle activa gisteren eerder half leeg dan half vol. De Chinese aandelenindices verloren gisteren uiteindelijk net geen 2% en vannacht nog eens 0,2%, terwijl Europa (-0,1%) en Wall Street (-0,4%) prijsgaven. De onzekerheid over de wereldwijde vraag zorgde daarom ook voor een prijsdaling van cyclische grondstoffen zoals koper (-1,0%+), terwijl de olieprijs een korte-maar-felle appelflauwte kende (-8% tot 82 dollar per Brent-vat, om nadien fluks weer op te veren tot 87,2 dollar).

Die “risk-off”-beweging bracht ook duidelijkheid over het lot van de Amerikaanse dollar (€$ = $1,0249): de recente correctie is ver genoeg gegaan. De Fed blijft immers koploper in de anti-inflatiecampagne. Op de obligatiemarkten blijft het daarentegen ijzig kalm. De 10-jaarsrente blijven gebetonneerd op 2% (Duitsland) en 3,8% (VS), terwijl eveneens stabiele 2-jaarsrentes de rentecurve op beide continenten stevig onder nul hielden.

Een andere factor van twijfel kwam van Goldman Sachs Die meent dat aandelenbeleggers die hopen op een beter beursjaar in 2023 er aan zijn voor de moeite. Op korte termijn zullen indexen waarschijnlijk neerwaarts bewegen, vergezeld van behoorlijk wat volatiliteit. Om de markten duurzaam hoger te brengen moet eerst en vooral de rente een piek hebben bereikt en moeten er lagere waarderingen komen die een recessie weerspiegelen. Tegen einde 2023 kan de S&P500 op 4.000 punten landen, quasi gelijk aan vandaag, terwijl de Stoxx Europe 600 naar 450 punten koerst, zowat 4% meer dan vandaag.

Die voorspelling werd gisteren dus alvast ingezet. Nochtans bleek de stijging van de Duitse producentenprijzen in oktober teruggevallen te zijn tot 34,5%, tegenover een tempo van 45,8% in september en augustus. Waarnemers hadden zich schrap gezet voor een stijging met 41,5%. De energieprijzen waaronder aardgas (125,6%) en elektriciteit (90,3%) blijven de grootste aanjager (+85,6% op jaarbasis). Zonder energie stegen de producentenprijzen met 13,7% op jaarbasis, waarbij met name metalen (+21,0%) en basischemicaliën, meststoffen en stikstofverbindingen (+32,8%) stevig aan bijdroegen. 

We gaan er uit met een korte blik op de cryptomarkten, waar de gevolgen van het faillissement van de FTX cryptobeurs blijven nazinderen. Blijkt nu ook dat Genesis op een bankroet afstevent, zodat de cryptomarkten weer een stapje lager gezet werden. De Bitcoin verloor 7,2% tot 15 726 dollar, terwijl de prijs van ethereum 3,5% daalde tot 1 090 dollar per stuk. Dat is het laagste peil sinds november 2020. Ach, een pak technologie-aandelen doet het nog slechter, moet je dan maar denken.

Vandaag staat er niet veel belangrijk nieuws op de kalender. Uit Europa en België krijgen we inzicht in de evolutie van het consumentenvertrouwen in november, terwijl er in Hongarije wordt beslist over de beleidsrente. De OESO publiceert tot slot zijn Economic Outlook, geflankeerd door speeches van Fed-directeuren Mester en George en van ECB-directeuren Holzmann en Rehn.

Voor bedrijfsresultaten moet u onder meer bij Analog Devices zijn, naast Best Buy, Autodesk, Baidu, Dollar Tree, HP, Medtronic, VipShop, VMWare, WarnerMusic, Yatsen, Assura, Homeserve, DEME, Motork en Xior Student Housing.