KBC behoudt groeivooruitzichten 2022 ondanks omikron
Uit het departement: "Economische vooruitzichten"
Ook bij de start van het nieuwe jaar wordt het macro-economische landschap beheerst door de pandemie. De recente opkomst van de omikronvariant zet dit extra in de verf. We handhaven evenwel onze visie dat het economisch herstel niet zal ontsporen door omikron. Maar het herstel kampt ook met andere hindernissen, zoals de aanslepende flessenhalzen in de aanvoerketens en de uit de pan rijzende energieprijzen. Al bij al zijn onze economische vooruitzichten positief, maar ze blijven overschaduwd door aanzienlijke neerwaartse risico’s. KBC verwacht opnieuw een jaar van stevige, maar geleidelijk afnemende jaargroeicijfers voor de belangrijkste economieën.
Eurozone: pandemie en flessenhalzen
In de eurozone is de economie aan het einde van het oude jaar verzwakt als gevolg van een nieuwe pandemiegolf en flessenhalzen in tal van sectoren. We verwachten dat de lusteloze activiteit van het vierde kwartaal van 2021 zich in het eerste kwartaal van 2022 doorzet. Na deze winterdip zal de economische groei verstevigen tot boven de potentiële groei. Ook in 2023 zal de economische groei stevig blijven. De gemiddelde jaarstijging van het reële bbp zal niettemin afnemen van 3,5% in 2022 tot 2,4% in 2023, na 5,1% in 2021.
VS: versnelde groei
In de VS wijzen recente cijfers over de activiteit erop dat de economische groei aan de vooravond van het nieuwe jaar opnieuw is versneld. Hoewel omikron zich ook daar sterk verspreidt, lijkt de economie goed gepositioneerd om de wintermaanden in een stevig groeitempo door te komen. Daarna zullen de inhaalbewegingen van na de pandemie uitgewerkt geraken. We verwachten dan een normalisatie van de groei naar een pad dat op langere termijn houdbaar is. We ramen de Amerikaanse bbp-groei in 2022 op 3,6% en op 2,3% in 2023, na 5,6% in 2021.
China: spreidstand
In China plaatst 2022 de beleidsmakers opnieuw in een spreidstand tussen het stimuleren van de economische groei en het aanpakken van de economische risico’s. Naast de aanpak van de vastgoedrisico’s creëert ook de recente ontwikkeling van de pandemie grote onzekerheid over de economische vooruitzichten, gezien de strikte nultolerantie van het beleid ten aanzien van coronabesmettingen. De Chinese beleidsmakers hebben recent een bocht aangekondigd naar een groeistabiliserend beleid, in het bijzonder via een licht soepeler monetair beleid en begrotingsbeleid. Dat zou moeten helpen om de jaargroeicijfers opnieuw naar 5% te tillen, met een gemiddelde jaargroei van 5,1% in 2022 als gevolg.
Wat met inflatie?
De inflatie is eind 2021 fors versneld. Ze bereikte zowel in de VS als in de eurozone het hoogste peil sinds decennia. Tal van factoren die met de pandemie verband houden droegen daartoe bij. We blijven ervan uitgaan dat deze factoren waarschijnlijk geen blijvende inflatiedruk zullen veroorzaken. Naarmate 2022 vordert, zou de inflatie dus geleidelijk moeten afnemen. Dat veronderstelt dat de energieprijzen stabiliseren en dat de flessenhalzen langzamerhand opgelost geraken. Maar we moeten toegeven dat de inflatievooruitzichten erg onzeker blijven en dat het risico van hogere inflatie overheerst op korte termijn.
Wat mogen we van centrale banken verwachten?
De Fed liet op haar beleidsvergadering van december verstaan dat ze van plan is om het monetair beleid sneller te normaliseren. Ze besloot de afbouw (tapering) van haar aankoopprogramma van financiële activa te verdubbelen, waardoor het programma tegen eind maart beëindigd zou moeten zijn. Daarmee wordt de deur opengezet voor een eerste verhoging van de beleidsrente in dezelfde maand. We verwachten voor 2022 vier verhogingen van 25 basispunten, gevolgd door nog drie bijkomende verhogingen van 25 basispunten in 2023. Ondertussen heeft de ECB aangekondigd dat ze haar obligatieaankopen onder het noodprogramma (Pandemic Emergency Purchase Programme) in maart zal stopzetten. Een renteverhoging dit jaar blijft evenwel onwaarschijnlijk. We verwachten pas in 2023 een renteverhoging van 25 basispunten. Bovendien zal dan ook de depositorente uit negatief territorium gehaald worden.