Amerikaanse economie geeft jobgroei sinds de financiële crisis terug prijs
Werkloosheidsaanvragen blijven ontstellend hoog
Vroeger was het maandelijks Amerikaans arbeidsmarktapport, de payrolls, zowat het belangrijkste economisch rapport voor de markten. We gingen ervanuit dat het ons een goed overzicht geeft van de gezondheid van de Amerikaanse economie. In tijden van corona is een maand een eeuwigheid. Zoals we dagelijks uitkijken naar de update van de virologen, geven de markten nu ook meer gewicht aan cijfers die kort op de bal spelen. Dat doen de wekelijkse werkloosheidsaanvragen in de VS. Zoals bij de dagelijkse update van de virologen zijn er ook hier massa’s interpretatieproblemen en blijft het moeilijk om een conclusie te trekken voor de verdere economische gevolgen van corona. Hoe dan ook: als meest tijdig beschikbaar cijfer heeft het rapport meer gewicht in het bepalen van het marketsentiment.
Er vroegen in de week tot 18 april in de VS opnieuw 4 500 000 werknemers voor het eerst een werkloosheidsuitkering aan. Dat brengt het cumulatief aantal voor de laatste vijf weken op ongeveer 26,45 mln. Het cijfer was iets lager dan dat van de week eerder (5 237 000) en al bij al relatief kort bij de marktverwachting, al liepen de schattingen daar begrijpelijk ver uiteen. Om het cijfer in perspectief te plaatsen, gedurende de opwaartse trend van de tewerkstellingscurve tussen 2010 en begin dit jaar werden in de VS zowat 22 mln bijkomende jobs gecreëerd in het herstel na de financiële crisis. Naast de wekelijkse nieuwe werkloosheidsaanvragen worden, met een week vertraging, ook de globale werkloosheidsuitkeringen (continuing jobless claims) bekend gemaakt. Die stegen in de week tot 11 april van 11 912 000 tot 15 976 000. Daarmee steeg de verzekerde werkloosheidsgraad in de VS van 8.2% tot 11.0%. Zoals gezegd is het cijfer op zich niet zo gemakkelijk te interpreteren. Een van de vragen is bijvoorbeeld wat de impact is van de steunprogramma’s van de Amerikaanse overheid die bedrijven ondersteunden om werknemers in dienst te houden. Dit programma werd deze week overigens nog eens met $ 320 mld verhoogd. Voor de nabije toekomst mag men hopen dat het aantal ‘nieuwe’ aanvragen stillaan over zijn piek is. Dat zegt natuurlijk niets over de snelheid waarmee mensen in een volgende fase terug aan het werk gaan. In dat verband gaan de markten in de nabije toekomst misschien wel iets meer aandacht geven aan de ‘continuing claims’, als tijdige barometer voor de economie in coronatijden.
Overigens, die marktreactie blijft voorlopig beperkt. EUR/USD heeft het al heel de dag moeilijk en test de belangrijke zone rond 1.0770, maar dat heeft waarschijnlijk eerder te maken met een afwachtende houding ten aanzien van de euro in de aanloop naar de EU-top over economische steunmaatregelen. De Amerikaanse 10-j rente dobbert wat doelloos rond iets boven 0.60%. De Amerikaanse beursfutures gaan iets hoger. Daar is de reactie blijkbaar: het had erger gekund. Mogelijk moeten de markten hun mening straks toch nog herzien naar aanleiding van de Amerikaanse PMI’s. Van Australië, over Japan tot de EMU en het VK kenden die vanmorgen allemaal een ongewoon scherpe terugval.