Zweedse centrale bank zwemt tegen de marktstroom in
Riksbank houdt vast aan een renteverhoging in december
Start van de monetaire beslissingsronde: deel 1, de Zweedse Riksbank. Te midden van een vertragende globale groei en vele geopolitieke perikelen, bevinden menig centrale banken zich in versoepelingsmodus. Ook Zweden is niet immuun gebleven. De Zweedse arbeidsmarkt vertoont duidelijke tekenen van zwakte terwijl de industriële sector het moeilijk heeft. Bovendien heeft Zweden's afhankelijkheid van export, die ongeveer de helft van de economie uitmaakt, de economie ook bijzonder kwetsbaar gemaakt voor wereldwijde handelsspanningen. De markten verwachtten dan ook dat de Riksbank haar geplande december-renteverhoging zou afblazen of minstens zou uitstellen.
Verwacht niets, leef in verrassing. Zo ook de Riksbank. Tegen alle verwachtingen in en ondanks een zwakkere arbeidsmarkt en een tragere economie, is de Riksbank vastberaden om haar belangrijkste beleidsrente – die nu op -0.25% staat – in december naar nul te brengen. De centrale bank heeft haar voorspelling voor CPIF – de geprefereerde lokale inflatiemeter – bijgesteld tot 1,8% voor 2020 van 1,7%, wat ook de valuta op korte termijn ondersteunt. Verder worden de groeicijfers alsook de werkloosheidsgraad negatief bijgesteld. Het moet gezegd worden dat het een beetje vreemd is om in een dergelijke situatie de rente te verhogen. Gouverneur Stefan Ingves heeft herhaaldelijk getracht de tekenen van economische zwakte te bagatelliseren in de aanloop naar de rentevergadering van deze week en spreekt van een “normalisatie” na vele jaren van sterke economische groei.
De beleidsbeslissing geeft aan dat de Riksbank het negatieve renteterrein, na bijna een half decennium, ten koste van alles wil verlaten. En eenmaal terug naar nul kunnen ze rusten. Ook de aanhoudende verzwakking van de SEK kan enige onrust opwekken bij de beleidsmakers. Een verdere waardevermindering van de kroon zou leiden tot onnodige volatiliteit en onzekerheid over de ontwikkeling van de wisselkoers en, uiteindelijk, de hele Zweedse economie.
De beleidsbeslissing was toch wel wat verrassend voor de (wissel)markt. Markten verbaasden zich over de vastberadenheid van de Riksbank om het negatieve renteterrein dit jaar nog te verlaten. De Zweedse kroon kreeg een duw in de rug en EUR/SEK ging richting 10.65, maar leverde wel vrij snel een deel van die winst in. Op langere termijn top EUR/SEK uit. Een verdere stijging (daling van de kroon) boven EUR/SEK 11 lijkt voorlopig niet aan de orde. Voor de open, exportgerichte economie is het herstel van de munt echter in sterke mate afhankelijk van opklaringen in geopolitieke spanningen en het globaal economisch klimaat.