Amerikaanse arbeidsmarkttrein ontspoort in februari
EUR/USD-beleggers weten niet van welk hout pijlen maken
Het Amerikaanse arbeidsmarktrapport stelde in februari zwaar teleur. Er kwamen amper 20 000 nieuwe jobs bij. Dat is kleinste toename sinds september 2017. Het cijfer ligt bovendien ver onder de gemiddelde marktverwachting van 180 000. De details ogen niet fraai. De dienstensector creëerde slechts 57 000 nieuwe arbeidsplaatsen. In de productiesector (voornamelijk in de bouw) gingen zelfs 31 000 jobs verloren. De werkloosheidsgraad (3.8%), de participatiegraad (stabiel op 63.2%) en een loonstijging van 3.4% op jaarbasis (0.4% m/m) – een nieuwe cyclische top – gelden als de lichtpunten in het rapport.
Op de wisselmarkt glijdt USD/JPY, de klassieke maatstaf voor het risicosentiment, uit tot onder 111. Voor EUR/USD is de situatie gecompliceerder. Beleggers hechten recent steeds meer belang aan het globaal economisch groeiverhaal. In dat verband drukte de ECB hen tijdens de beleidsvergadering gisteren met de neus op de feiten (cf. marktrapport). Het is moeilijk een scenario voor te stellen waarin de euro profiteert als nu ook de grootste economie ter wereld steken laat vallen. Dat vertaalt zich dan ook in een vrij stabiele EUR/USD-wisselkoers rond 1.123, ondanks een zwakkere dollar. De Amerikaanse tienjaarsrente dipte even maar herstelt inmiddels terug naar pre-payrollsniveaus. De beurs(futures) diepen de verliezen uit al blijft de beweging ordelijk. Amerikaanse activa houden ondanks het tegenvallend rapport dus vrij goed stand. Het is inderdaad gevaarlijk om op basis van één rapport forse conclusies te trekken. Toch wordt het interessant om te zien hoe de economische data verder evolueren en of ze de pauze van de Fed een permanent karakter zullen geven.