Japanse loononderhandelingen effenen pad voor exit uit negatieve rentes
Yen valt ten prooi aan winstnemingen

RIP NIRP. Er bestaan binnenkort geen negatieve rentes meer. Centrale banken begonnen dit experiment jaren geleden, velen lang vóór de pandemie, ter ondersteuning van de groei en in een ultieme poging om chronisch lage inflatie aan te zwengelen. Laboranten van diensten waren: de Zweedse, Deense, Zwitserse, Europese en Japanse centrale bank. Van die vijf is het enkel nog de Bank of Japan die op vandaag een negatieve beleidsrente van -0.1% hanteert. Het land kampt al decennia met deflatie. De vraag-, aanbod- en vervolgens energieschokken die in die volgorde volgden in de nasleep van de pandemie/energiecrisis brachten daar verandering in. De Bank of Japan hield zich lang afzijdig, ook al steeg inflatie voor het eerst sinds lang boven de 2%-doelstelling uit. Ze was ervoor beducht om het bijzonder soepel monetair beleid snel terug te schroeven tot ze zeker was dat inflatie zich wel degelijk structureel hoger – liefst kortbij de doelstelling – zou nestelen. Daarvoor moest ze een wisselwerking zien tussen stijgende lonen en bedrijven die deze opgelopen kosten vervolgens doorreken aan de consument. In een reactie daarop stelt diezelfde consument in zijn hoedanigheid als werknemer dan hopelijk hogere looneisen waardoor het proces zich herhaalt. Het maakt de BoJ een vreemde eend in de bijt want dit is net de loonprijsspiraal die de collega’s in Frankfurt en Washington DC proberen te vermijden door het monetair beleid restrictief te houden. Hoe dan ook, het bewijs van die wisselwerking kreeg de Bank of Japan vanmorgen. Rengo, de grootste koepelorganisatie van de Japanse vakbonden, gaf de uitkomst van de jaarlijkse loononderhandelingen vrij. Ze verzekerde zich van een loonstijging van liefst 5.28%, het meeste in 30 jaar. Het was ook meer dan de 3.8% (en uiteindelijk tot 3.58% afgezwakte) van vorig jaar. Dit was een belangrijke randvoorwaarde voor de Bank of Japan, die het pad nu geëffend ziet voor een eerste renteverhoging uit negatief gebied tijdens de beleidsvergadering van volgende week. Dit gaat mogelijk ook gepaard met de opheffing van het (niet zo strikte) plafond op de tienjaarsrente van 1%. In de veronderstelling dat de centrale bank voorzichtig van start gaat met 10 basispunten (tot 0%), dicht de markt dit scenario slechts een kans van 57% toe. Voor de geldmarkt leent april (70% kans) zich daar beter toe. De nieuwe inflatieprognoses kunnen dan een en ander formaliseren voor dit toch wel belangrijke kantelpunt. Als de BoJ de kans volgende week niet grijpt, dan hint ze in de communicatie ongetwijfeld en ondubbelzinnig op april.
Ondanks het aan zekerheid grenzende waarschijnlijke einde van de negatieve beleidsrente, belandt de Japanse yen vandaag lichtjes in de verdrukking. De munt verliest al voor de vierde dag op rij tegen de dollar. Dat zegt zeker iets over de Amerikaanse munt. Maar de yen viel vermoedelijk ook ten prooi aan wat winstnemingen in de aanloop naar vanmorgen. Van begin deze maand tot maandag viel USD/JPY bijvoorbeeld terug van net beneden 151 tot beneden 147, minstens deels in anticipatie op de BoJ. Buy the rumour, sell the fact. Het is verder ook niet duidelijk hoe ver de centrale bank wil gaan in het optrekken van de beleidsrente. Ze temperde de afgelopen maanden meermaals de verwachtingen (en de yen-bulls). Een heropleving van JPY hangt dus minstens evenveel af van haar evenknie in de combinaties USD/JPY en EUR/JPY.
USD/JPY
