RBNZ zet in op sneller normalisatieproces
Markt is niet onder de indruk
De Nieuw-Zeelandse centrale bank (RBNZ) verhoogde vanochtend voor een tweede beleidsvergadering op rij de beleidsrente met 25 basispunten (tot 0.75%). Gouverneur Orr laat er geen twijfel over bestaan dat de RBNZ haar monetaire verstrakkingscyclus de volgende maanden wil voortzetten. Zowel de inflatie- als de tewerkstellingsdoelstellingen zijn bereikt. De inflatie steeg in het derde kwartaal tot 4.9% j/j en bevindt zich daarmee een pak boven de 1%-3% doelzone. Bovendien verwacht de RBNZ een stijging boven 5% j/j voor de volgende drie kwartalen. Pas begin 2023 zou het hoofdinflatiecijfer terug binnen de doelzone vallen. Om dat mee te helpen verwezenlijken stelt de RBNZ een beleidsrente voorop van 2% eind 2022 en 2.5% eind 2023/2024. Daarmee stuurt de RBNZ een signaal dat ze bereid is de rente boven de neutrale 2% te verhogen om de inflatie het hoofd te bieden en de economie wat af te remmen. In het vorige beleidsrapport van augustus lag de verwachte piek op 2%. Wat betreft de aard van inflatie, verwijzen Orr en co nog steeds naar hogere olieprijzen, oplopende transportkosten en de impact van materiaaltekorten. De RBNZ verwacht algemenere, structurele, prijsstijgingen omwille van de binnenlandse productiebeperkingen. De centrale bank doelt daarmee vooral op de arbeidsmarkt (loonstijgingen) waar krapte heerst. De werkloosheidsgraad viel in het derde kwartaal bijvoorbeeld al terug tot amper 3.4%, een evenaring van het laagste niveau sinds de start van de metingen eind 1985.
Omwille van strenge lockdownmaatregelen kromp de economie in het 3e kwartaal met 7% kw/kw. Graduele heropeningen, fiscale steun, sterke export, consumptie en bedrijfsinvesteringen moeten de volgende kwartalen in principe die terugval uitwissen. Economische risico’s zijn in tegenstelling tot de inflatoire wel neerwaarts gericht. Beiden zijn rechtstreeks gevolg van de internationaal verstoorde productiekettingen ten gevolge van de pandemie.
Voor de markt mocht het net dat tikkeltje meer zijn. De RBNZ overwoog een grotere renteverhoging (+50 basispunten), maar weerhield het voorstel niet. Daarnaast verdisconteren geldmarktrentes al een beleidsrente van 2.25%-2.5% eind volgend jaar tov de 2% die de RBNZ nu vooropstelt. NZD/USD viel terug van 0.6950 tot 0.69. Technische steun bevindt zich op 0.6860 en voor 0.6805. Nieuw-Zeelandse swaprentes tuimelden met 12.4 basispunten aan het korte eind (2j) en met 6.7 bpn aan het langere eind (20j). De markt is niet onder de indruk van de aankondiging dat de RBNZ als toemaat vanaf begin volgend jaar haar obligatieportefeuille (QE) zal afbouwen om het monetaire beleid minder soepel te maken.