Bank of Canada houdt koers ondanks ontgoochelende groei in Q2
Canadese dollar (licht) in het defensief
In de parade van centrale banken die deze week hun beleidsbeslissing bekend maken, trad gisteren de Bank of Canada (BOC) in de schijnwerpers. Het optreden was niet echt veel meer dan een verplicht nummer. De bank hield haar beleid onveranderd. Ondanks enkele recent mindere cijfers, behielden voorzitter Macklem en Co een voorzichtig positieve inschatting over het herstel. De nakende federale verkiezingen waren mogelijk een bijkomende reden om zich eerder ‘low profile’ te houden.
De beslissing zelf: de BOC hield de beleidsrente onveranderd op 0.25%. Na het terugschroeven van de obligatieaankopen eerder dit jaar, blijft de BOC tot nader bericht overheidsobligaties kopen a rato van C$ 2 mld per week.
De bank neemt akte van de onverwachte groeicontractie in het tweede kwartaal (-1%) maar geeft er geen al te zwaar gewicht aan. Ze werd grotendeels veroorzaakt door een terugval van de export die de BOC dan weer in verband brengt met verstoringen in de productiekanalen. De binnenlandse vraag (consumptie, investeringen en overheidsuitgaven) droeg wel sterk bij de groei. De bank blijft positief over de economische groei en de tewerkstelling in de tweede jaarhelft al blijft het beeld tussen diverse sectoren op de arbeidsmarkt zeer verdeeld. De inflatie blijft aanzienlijk boven de 1-3% doelstelling (3.7% in juli). Toch ziet ook de BOC deze inflatie-opstoot als grotendeels het gevolg van tijdelijke factoren. Ook de kerninflatie is aanzienlijk lager.
Voor het verdere traject van het monetair beleid houdt de BOC vooral de capaciteitsbenutting van de economie in het oog. Die zal uiteindelijk bepalen wanneer de inflatie blijvend de doestelling haalt. De bank gaat er vanuit dat de overbodige capaciteit in de economie ergens in de tweede helft van volgend jaar zal zijn weggewerkt. In een positief scenario kan de BOC de obligatieaankopen later dit jaar nog verder afbouwen. Een eerste renteverhoging is dan mogelijk in de tweede helft/naar het einde van volgend jaar.
Eerder dit jaar profiteerde de Canadese dollar van het feit dat de BOC (via de afbouw van obligatieaankopen) voorop liep in de monetaire normalisatie. Ook de stijgende olieprijs was een steun voor de loonie. Die specifieke factoren speelden de voorbije maanden iets minder. Ook de loonie moest terrein prijsgeven tegen een algemeen sterkere dollar. EUR/CAD bevindt zich al sinds april in een zijwaarts kanaal tussen 1.46 en 1.52. Aanvankelijk had de Canadese dollar hier licht de overhand, maar recent is ook wat onderliggende eurosterkte zichtbaar die EUR/CAD nog terug naar de bovenkant van de handelsband brengt. Op korte termijn zijn we eerder neutraal over de Canadese munt en blijft het globale risicosentiment een factor van belang. Op iets langere termijn moet de loonie wel opnieuw profiteren van de relatief snelle start van de renteverhogingen en de al bij al vrij orthodoxe opstelling van de BOC. USD/CAD 1.30 zou een sterke weerstand moeten zijn (steun voor de CAD)