Amerikaanse zevenjarige veiling verloopt alweer stroef
Rentemarkt panikeert deze keer niet
De Amerikaanse schatkist sleet deze week overheidsobligaties met looptijden van twee (dinsdag) over vijf (woensdag) tot zeven jaar (gisteren). Die maandelijkse financieringscyclus staat doorgaans wat in de schaduw van die met de langere looptijden tot 30 jaar. Toch was dat gisteren anders. Exact één maand geleden bracht een bijzonder teleurstellende zevenjarige veiling een massale verkoopgolf teweeg op de obligatiemarkten. Toegeven, dat gebeurde in een context waarin de rentes al weken flink door stegen. Die rentestijging laste de afgelopen dagen een pauze in. Zo’n iets stabielere omgeving is in principe positief. Toch verliep de verkoop van het zevenjarig papier gisteren alweer stroef. De investeerdersvraag herstelde van het diepterecord van februari maar bleef op het laagste niveau sinds september 2019. De details van die vraag (bv. komende vanuit het buitenland) verbeterden aanzienlijk. Toch blijven die naar historische normen aan de zwakke kant. Tot slot ligt de uiteindelijke rente (1,3%) die de schatkist op het papier betaalt 2,5 basispunten hoger dan de op dan heersende marktrente. Dat is stevig. Ter vergelijking: in de geflopte veiling vorige maand was dat zelfs meer dan 4 basispunten.
Anders dan in februari, schoot de markt gisteren niet in een blijvende kramp. De rentes schoten in een initiële Pavlovreactie hoger maar kwamen snel op de stappen terug. Amerikaanse rentes sloten de dag uiteindelijk wél met winsten af na een mooie remonte doorheen de dag. De rentecurve werd steiler: van 2 à 3 basispunten in de zone van vijf tot zeven jaar tot bijna 5 basispunten aan het heel lange eind. Opvallend: de beweging gebeurde samen met Wall Street. Stijgende rentes én groene beurzen, het was niet zo lang geleden nog helemaal anders.